Category Archives: Op stap

Narbonne – NarboVia

Na een tussenstop in Clermont-Ferrand zetten wij onze reis verder naar het zuiden om van Narbonne onze uitvalsbasis te maken. Omdat ons hotel aan de andere kant van de stad lag en we toch nog niet konden inchecken, reden we meteen naar NarboVia, een modern en jong museum over de Romeinse geschiedenis van de stad.

Het museum opende in 2021 en is best bijzonder qua architectuur. Het werd ontworpen door Foster + Partners, die ook de Millennium Bridge en het stadhuis in Londen, het Shangri-La Hotel in New York, het Reichstag-paleis in Berlijn, het Carré d’Art in Nîmes en het viaduct van Millau in hun portfolio steken hebben.

Sommige andere bezoekers vroegen zich ongetwijfeld af wat wij in hemelsnaam aan het bekijken waren en waarvan ik foto’s nam (en tuurden even mee in de hoogte om vervolgens – wellicht inwendig het hoofd schuddend – toch gewoon het museum binnen te stappen). Ik kan echter enorm genieten van de architectuur van een gebouw en trok me dan ook niets aan van die ietwat verbaasde blikken 😉

Narbonne, of Narbo Martius zoals het toen heette, was de eerste Romeinse kolonie die in 118 voor Christus in Gallië werd gesticht en het was ook een van de rijkste Romeinse kolonies buiten Italië. Het museum heeft een collectie van meer dan 7000 stukken, inclusief muurschilderingen en een uitzonderlijke set van 760 fragmenten van grafmonumenten.

Narbo Via is ook een archeologisch onderzoekscentrum met een restauratieatelier (keramiek, mozaïeken, beschilderd gips, lapidaire fragmenten), een studieruimte en een groot auditorium waar conferenties en symposia worden gehouden.
Het middelpunt van het museum is een ‘Lapidary Wall’, die een natuurlijke barrière vormt in het hart van het museum en de openbare galerijen scheidt van de meer private restauratieruimtes. Een grote galerij doorkruist het gebouw en loopt langs een muur waar 760 blokken worden gepresenteerd in een dubbel metalen rek van 10 m hoog en 76 m lang. De blokken kunnen worden verplaatst naar een centrale plek in de wand omgeven door beeldschermen die de steen in kwestie als het ware kunstmatig in zijn oorspronkelijke situatie kunnen plaatsen.

Wat enorm opvalt, is de ruimte die alle stukken krijgen, letterlijk, het museum voelt erg licht en luchtig. Heel wat ruimtes ook waar de geschiedenis aan de hand van video’s in beeld wordt gebracht (in kamers met projecties op 3 muren wat toch een ander effect geeft dan louter projectie op één wand of film op een scherm).

En ook van wat interactie met moderne kunst(enaars) hebben ze duidelijk geen schrik. Het zorgde alvast voor boeiende opstellingen in het museum.

Het was ook erg leuk om samen met Maya een aantal van de Latijnse grafschriften (deels) te ontcijferen. Zo kwamen die lessen Latijn toch nog eens van pas 😉

De collecties van het Narbo Via museum kregen op 14 december 2020 de titel Musée de France. Een erkenning voor de conservatie en presentatie van de collecties en voor de ontwikkeling van de museumactiviteiten die zowel kennis, educatie en het plezier van de bezoekers voor ogen hebben.

Alle praktische info lees je op de website van het museum: https://narbovia.fr/ 

En wie nog meer Romeinse geschiedenis wil ontdekken, kan terecht op 2 andere bijzondere locaties. Het Horreum, in het hart van de moderne stad (en het enige zichtbare en bezoekbare Romeinse monument in het centrum), bestaat uit ondergrondse galerijen gebouwd in de 1e eeuw voor Christus en liggen 5 meter onder de huidige grond. Omdat we vorig jaar in Arles al iets gelijkaardig zagen, lieten we dit echter voor wat het was.
Een tiental kilometer ten noorden van de oude hoofdstad Narbo Martius ligt Amphoralis, in Sallèles-d’Aude, een voormalige werkplaats voor de productie van Gallische amforen.

 

 

Bezigheden

Nog eens een rondje met dingen waarmee ik mij zoal bezig hield de laatste tijd.

Gewandeld

We geraakten nog eens in het mooie Oostende en deden met ons twee de Crystal Shipwandeling in de Belle Epoque wijk. Veel mooie dingen gezien, zowel van street art als van huizen en leuke plekjes gevonden om iets te eten en te drinken. Deze stad aan zee maakt me elke keer weer blij 🙂

OpGeruimd

Nu Maya het humaniora heeft afgesloten werd er iets grondiger opgeruimd in haar kamer. Geen opdeling meer tussen uniform en geen uniform, maar alles netjes herschikt. Een deel van de voormalige uniformstukken bleven behouden omdat ze die nog graag draagt, maar zullen nu gecombineerd kunnen worden met andere kleuren waardoor er meteen een reeks nieuwe mogelijkheden ontstaan bij het samenstellen van outfits 🙂
Haar cursussen werden opgeruimd, de boeken gescreend en terwijl we toch bezig waren, nam ik ook onze boekenkast eens onder handen. De uitgebreide collectie woordenboeken werd deels gereduceerd en ook enkele andere boeken verhuisden naar de boekenruilkasten in de buurt. De vrije ruimte werd intussen al weer deels opgevuld door nieuwe exemplaren 😉

Gekookt 

eenvoudige gerechten, zoals simpele pastagerechtjes en bordjes met restjes- en snelverkoop-eten.

Ook niet echt koken, maar misschien eerder Gemaakt om opgegeten en gedronken te worden 😉 Voor het jaarlijkse familiefeest in augustus maakte ik traditiegetrouw een kom kruisbessencrème en experimenteerde met bessenlimonade van kweepeer en limoen.

Gebakken

vooral Maya dan: een fruittaartrecept uitgetest (niet slecht maar wellicht eenmalig) en traktatiekaartjes (ook met fruit) voor een jarige vriendin.

Gelezen

Enkele exemplaren Young adult literatuur, het was eens iets anders, ideaal voor een zomerse dag.

Getuinierd

bij onze vader (uiteraard, want daar is sowieso altijd werk) en thuis, zowel in de bloemen- als in de groentetuin. Uiteraard ook oogsten en bij ons ook wat nieuwe planten in de voortuin gezet.

Gekeken

Tijdens het wandelen (in Oostende en daarbuiten) en tijdens het tuinieren, altijd wel iets te zien. Verrassingen deze keer waren het zwart weeskind en de grote rups van de pijlstaartvlinder.

Clermont-Ferrand – Gergovia

De omgeving van Clermont-Ferrand kent al een lange geschiedenis. Het gebied rondom de huidige stad zou al in de vierde eeuw voor Christus bewoond geweest zijn door de Averniërs, een Keltische stam. Meer nog, in de buurt zou in het jaar 52 BC een legendarische slag uitgevochten zijn tussen de Romeinen en de Galliërs, waarbij de Romeinen een gevoelige nederlaag leden tegen, jawel, de troepen van Vercingetorix.
Dat we dit zo goed weten, komt omdat Julius Caesar (die de Romeinen toen aanvoerde) van de strijd een verslag heeft gemaakt in zijn befaamde De bello Gallico.
Tot vandaag krijgen leerlingen Latijn nog stukken uit dit werk voorgeschoteld om te lezen / te vertalen. Het stond op mijn curriculum, maar ook op dat van Maya.

Waar de Galliërs de strijd nog wonnen in 52 BC, moesten ze uiteindelijk later toch in de Romeinen hun meerdere erkennen. Hun versterkte stad bleef nog een tijd in gebruik onder Romeins bestuur, maar in de eerste eeuw werd Gergovia wellicht volledig ontruimd en een nieuwe stad gesticht die het huidige Clermont-Ferrand zou worden.

Al sinds de renaissance zochten historici naar wetenschappelijk bewijs voor deze slag. Waar precies lag het Gergovia waarvan sprake in de verhalen? Was het mogelijk om te achterhalen wat er toen effectief gebeurd was? Een oorlogsverslag geschreven door één van beide partijen zou ongetwijfeld onwaarheden bevatten, archeologisch bewijsmateriaal zou misschien een en ander kunnen verduidelijken, nuanceren of bevestigen.
In de 18de eeuw kwamen Gallische resten aan het licht op het plateau. In de 19de eeuw ging men op zoek naar de versterkingen van de Romeinen. In de jaren ’40 van de 20ste eeuw volgden nog enkele kleinere onderzoeken, maar uiteindelijk was het wachten tot het begin van de 21ste eeuw voor een grootschaliger onderzoek. Vandaag is nog steeds maar een klein deel van het plateau onderzocht.

Reden genoeg dus voor ons om richting het plateau te trekken. De tocht bleek wel een tikje uitdagender dan aanvankelijk ingeschat, een vrij steile en kronkelende weg die we toch bleven volgen (zolang de camper voor ons vlotjes verder kon, zou het ons ook wel lukken). Toen we borden zagen staan dat bussen en campers niet verder mochten rijden, besloten wij ook halt te houden op de eerste parkeerplaats die we tegenkwamen en de rest van de weg te voet te doen. We hadden nog dichter kunnen parkeren bleek achteraf, maar we namen liever geen risico. De kleine parking voor 16 wagens (P1), bleek op 1.5 km van het museum te liggen. Al wandelend konden we ook samen genieten van de mooie vergezichten.

Op een site langs de weg was nog archeologisch onderzoek bezig.

Op de volgende, grotere parking (P2, voor ca. 100 wagens) was er een klein onthaalpunt en stond er een pendelbusje dat bezoekers naar het museum reed (waar op ca. 200 m van het museum ook nog een parking voor ca. 50 wagens was). Wij besloten om gewoon verder te wandelen, het was immers niet ver en zo kon je ook meer zien.

Gergovia was in de 1e eeuw BC het belangrijkste bewoningscentrum van de Arverni met een stevige stenen omwalling. Door de ligging op een plateau konden de Romeinen geen belegeringsmachines inzetten tegen deze vestingwerken.

In 1903 is er een monument geplaatst om de overwinning van Vercingetorix te gedenken. Architect Jean Teillard ontwierp een 26 meter hoog bouwwerk in vulkanische steen.

 

En dan zien we ook het museum liggen, een modern gebouw in breuksteen en cortenstaal, heel mooi ingepast in het landschap zodat het totaal niet storend is. Er is heel wat te zien en te lezen/luisteren. Het verhaal van de slag tussen Galliërs en Romeinen wordt vanuit verschillende standpunten in beeld gebracht. Hiervoor worden ook videoprojecties gebruikt waardoor je als bezoeker meer in het verhaal getrokken wordt, wat het toch een stuk boeiender maakt dan louter naar gevonden artefacten kijken en lappen tekst lezen 😉

Het museum is niet supergroot, maar erg interessant. De uitleg is zowel in het Frans als het Engels beschikbaar en het personeel spreekt verschillende talen. En uiteraard heb je ook nog de schitterende omgeving waarvan je kan genieten. Op het plateau zijn een aantal wandelingen uitgetekend.

Bij het terugwandelen naar de auto kregen we een pittig regenbuitje over ons heen (en de paraplu’s lagen uiteraard nog in de wagen), maar we vonden deze uitstap zeker de moeite waard.

Alle praktische info over het museum lees je op hun websitehttps://musee-gergovie.fr/

Waar ik zoal mee bezig was

Nog eens een rijtje bezigheden van de laatste tijd. Veel blogs schrijven was daar niet bij (al probeer ik hier toch nog steeds actief te blijven, zij het op een lager pitje).

Gelezen

In de zomer lees ik doorgaans iets meer, vooral omdat ik het heerlijk vind om dat buiten in het zonnetje te doen.
In onze ruilbibliotheek vond ik een boek over Carcassonne. Het verloren labyrint bleek echt een topboek van Kate Mosse. Spannend, historisch, speelt zich af in het verleden en het heden. Een aanrader!

Tijdens onze buitenlandvakantie las ik aan het zwembad nog een Nicci French (Geheugenspel). Bleek dat ik die dus al gelezen had in het Engels, maar bij deze las ik nog eens de Nederlandstalige versie, voor de film wacht ik wel tot die op TV komt 😉
Jan Smets schreef met Theater een onderhoudend boek. Omdat het zich afspeelt in Gent en Sint-Martens-Latem spreken de locaties net iets meer tot de verbeelding omdat je ze gewoon letterlijk kent 🙂

 


Gewandeld

In de Ardennen (Wéris, bij Durbuy) waar we van familiebezoek deden, maar ook in la douce France (zie verder).


Gekeken

Er valt altijd wel iets te zien voor wie bewust kijkt.


Getuinierd (en geoogst)

Zowel in onze eigen tuin als in die van mijn vader (uiteraard). De eerste tomaten uit de serre werden met veel genoegen geplukt, rood glanzend gerijpt aan de plant, wat ze extra lekker maakt.

Van de reukerwtjes en cosmea werden al de eerste zaden geoogst, de zinnia’s bloeien uitbundig.


Gekookt

De verse tomaten werden al verwerkt in lekkere en eenvoudige gerechtjes.
Een heerlijke tomate crevettes met ovengegaarde krieltjes.

en een comforting tomaten-aardappelschotel, ideaal om op een regenachtige dag toch wat extra warmte en zomer op het bord te toveren.


Gebakken

Maya testte een nieuw receptje uit voor een chocoladetaart want er was een jarige in huis. Ik maakte een frangipanetaart met een twist omdat de diepvries bij opa ruimte moest krijgen en ik met bladerdeeg, abrikozenjam en rood fruit naar huis kwam.


Gereisd
(en daarover moet nog geblogd worden de komende weken/maanden)

Onze zomervakantie speelde zich andermaal af bij de zuiderburen. Met een tussenstop in Clermont-Ferrand trokken we naar Narbonne waar we de omgeving verkenden en bij onze terugkeer hielden we ‘naar goede gewoonte’ nog even halt in de Loirestreek, deze keer voor een bezoekje aan Tours en vooral aan het kasteel en de tuinen van Villandry. Maar meer hierover later. Het zal wel weer wat tijd vragen om de vele foto’s te screenen, te selecteren en te voorzien van tekst en uitleg, maar uiteindelijk zullen de verslagjes wel opnieuw een mooie samenvatting (en herbeleving) vormen van onze reis en dus maak ik ze nog steeds met plezier al moet ik mezelf soms wel eens in gang duwen 😉

Gentse feesten

Dit jaar hielden we het bij een ‘light edition’ met slechts enkele bezoekjes.

We pikten een heel mooi en intiem concertje van Esme Bos en Bart Voet mee in De Schuur. Beperkt publiek, lekker rustig in/bij het groen van de Bourgoyen, het weer kon iets beter (maar ook slechter dus waren we blij want we kwamen met de fiets, wat ook aangeraden wordt wegens weinig parkeerplek in de buurt), veel gezelligheid en lekker fingerfood. Zeker voor herhaling vatbaar.

Ik ging in goed gezelschap naar een bijzondere en verrassende voorstelling van Ontroerend Goed in het NTG (die een goede review kreeg in de krant).

En we pikten nog een concertavondje mee op het Laurentplein.

Eerst kregen we van Fedia, Naomi en de heren van Suwi-Band een reeks Disneysongs in een verrassend kleedje te horen. Knap gedaan!
Daarna volgde een prachtige voorstelling van Bent Van Looy die helemaal in zijn eentje het Luisterplein bijna 2 uur in de ban hield. Het was er echt heerlijk rustig in het publiek, iedereen genoot van de muziek (en de bindteksten). Bent zelf had er duidelijk ook zin in want hij bleef maar spelen, niet dat wij dat erg vonden trouwens 😉

Ik maakte opnieuw enkele korte videosnapshots die ik gewoon achter elkaar plakte als herinnering voor mezelf aan een heerlijk concert waar ik het liefst gewoon live naar zat te kijken (en niet via het scherm van mijn smartphone).

Een heel beperkte Gentse feesten dus dit jaar, misschien omdat we er vele jaren na elkaar heel intens van geproefd hebben, maar vooral ook omdat Maya behoefte had aan wat extra rust na een intense examenperiode (en wij deze keer ook gewoon blijven werken zijn). Moet ook eens kunnen, toch?

 

Gent Jazz

Vorig jaar zag het er slecht uit voor het festival, maar gelukkig kwam er een doorstart en konden we opnieuw genieten van een heel mooi programma (en een festival dat 7 van de 10 dagen uitverkocht was).

Wij beperkte ons tot één avond, maar hebben er wel enorm van genoten.
Met Isolde Lasoen (wiens optreden we in 2018 enorm konden smaken tijdens OdeGand) en Zaz (die we in 2015 al zagen) wist ik meteen dat het goed zou zitten en bestelden we al onze tickets. Groot was de vreugde toen bleek dat ook Hooverphonic die dag deel zou uitmaken van het programma.

Het werd een hele mooie avond, ook wat het weer betreft en een herinnering om te koesteren. Isolde kan me het meest bekoren wanneer ze in het Frans zingt, Hooverphonic is top (en M. is sowieso erg blij dat Geike terug van de partij is, vond haar altijd het best bij het DNA van de groep passen) en Zaz, die is ‘une grande dame’ geworden die een prachtig optreden bracht.

Ik maakte een reeks video snapshots en voegde ze samen tot een klein herinneringsfilmpje.

Het meer voor onszelf want kwalitatief kon het zeker beter, maar ik wou vooral genieten van het concert en zeker niet de hele tijd staan filmen.

Waar was ik zoal mee bezig

Door de (lange en verlengde) examenperiode bleef de sociale kalender hier leeg, maar dat wil niet zeggen dat ik mij niet kon bezighouden. Ik maakte nog eens een overzichtje (dat met vertraging online kwam):

Gelezen

Nog enkele spannende boeken, de ene al iets beter dan de ander, ideaal voor korte en soms iets langere leespauzes in de zon op ons terras.

   

Gewandeld

Op mooie dagen kom ik graag meer buiten en dus werd er nog wat gewandeld in eigen streek en genoten van de mooie omgeving. En een ijskoffiestop onderweg dat is ook fijn meegenomen natuurlijk.

Gekeken

Wie wandelt en bewust kijkt, ziet altijd meer, zoals de zes houten ganzenbeeldjes voor het raam van deze woning of de rode stokrozen in de stationsbuurt.

Getuinierd

Vooral bij mijn vader, maar ook een beetje thuis aangezien ik een reeks tomatenplanten adopteerde waarvoor hij geen plaats meer had (en die ietwat onverwacht toch nog een groeischeut hadden gekregen waardoor ik het zonde vond om ze op de composthoop te gooien). Welke soorten het zijn, daar heb ik het raden naar, maar ik voel niet de behoefte om een nauwgezette boekhouding bij te houden van wat er groeit/bloeit in de tuin, ik laat me met plezier verrassen wat dat betreft.

Gekookt
Nu ja, veel ontbijttrays en tussendoortjes gemaakt en croques i.p.v. boterhamlunch omdat dat nog net iets beter smaakte (en ook omdat brood door de warmte sneller uitdroogde).

Getest (en goedgekeurd)

Deze mueslirepen vielen heel hard in de smaak en ze zijn trouwens extra lekker wanneer je ze in de koelkast bewaard.

Gefietst

Wanneer het iets te heet is om te wandelen, dan halen we de fiets uit om de omgeving te verkennen en wat verkoeling te zoeken. We reden richting Deinze en hielden halt aan het pittoreske Astene Sas waar de Franse chansons vrolijk uit de speakers schalden. Ze houden daar trouwens van wat humor, tot in het toilet 😉

 

Maar intussen is ook hier eindelijk vakantiemodus voor Maya (en voor mij bijna) en proberen we daar dubbel en dik van te genieten. W zijn allebei nog steeds een stuk vermoeid door de voorbije periode en alles loopt nu een beetje trager, maar dat is oké (trouwens meer lid van team JOMO dan team FOMO tegenwoordig).

Zijn jullie al in vakantiemodus en hoe is dat dan?

Stockholm dag 5 – slot

De laatste keer wakker worden in Stockholm, de zon nog steeds even stralend en de lucht nog steeds helder blauw, de laatste keer ontbijtbuffet. Koffers inpakken en uitchecken, vervolgens nog even richting de oude stad: naar het stadhuis en langs het koninklijk paleis, Zweeds gaan lunchen en nog enkele souvenirs kopen.

Omdat een bezoek aan het stadhuis enkel mogelijk was met gids, hielden we het bij een blik van buitenaf.

In Gamla stan gingen we nog even winkelen en langs het koninklijk paleis.

Vervolgens Zweedse balletjes eten in Café Misteln want dat konden we toch niet aan ons voorbij laten gaan. Onze inschatting bleek correct: dit was geen toeristenval ondanks de locatie, maar echt lekker eten voor een deftige prijs.

En omdat we zagen dat er vandaag wel plaats was in de bakkerij/koffiehoek van Grilska Huset gingen we ook daar nog eens langs voor een laatste fika, het moest maar zo lekker niet zijn. Hier geen kaart voor koffie of thee (daarvoor moet je in het restaurant zijn), maar gewoon grote thermoskannen en daarnaast een karretje met een collectie van porseleinen kopjes en schoteltjes waar je jezelf mag bedienen (en ook gaan voor een refill) terwijl je in één van de oude zeteltjes gaat zitten om je vers gekochte gebakje te verorberen 🙂

Daarna was het tijd om richting Centraal Station te gaan, onze koffers op te halen en een ticketje te kopen voor bij Flygbussarna richting Bromma.

Na een vlotte vlucht (waarbij we de Waddeneilanden en in België zelfs de leeuw van Waterloo heel mooi hadden zien liggen) terug geland in Zaventem en klaar om de huisgenoten over onze reis te vertellen.

Intussen ligt deze fijne citytrip al even achter ons en zitten we hier volop in examenmodus (nog een hele tijd trouwens), maar het blijft sowieso een mooie herinneringen om op terug te blikken.

Stockholm dag 4

Dag 4 startte in Stockholm al even koud, blauw en zonnig als de vorige. Na een uitgebreid ontbijt trekken we terug richting Skeppsholmen waar we de dag voordien niet meer toegekomen waren aan een bezoekje van het Modernamuseet en Arkdes (waarvoor je een combiticket kan kopen). We beginnen intussen al een beetje onze weg te (her)kennen in de stad en blijven genieten van de omgeving.

We lopen ook even het Centraal station binnen en besluiten onze koffers daar morgen in een locker te steken zodat we geen tijd verliezen met heen en weer geloop tussen hotel, bushalte en luchthaven.

Skeppsholmen is een klein eilandje dat via Skeppsholmbron verbonden is met Blasieholmen. Vanop de brug heb je een mooi  zicht op de stad. Aan de brug staan wegwijzers naar de musea. Je ziet al snel enkele buiten-kunstwerken opduiken die deel uitmaken van het beeldenpark van Moderna Museet.

Een sanitaire stop in het museum levert alvast wat extra beeldmateriaal op (een leuke genderdivers infobordje en een bijzondere klink, die niet altijd even vlot werkt op sommige deuren, spannende momentjes in verschillende betekenissen mogelijk dus).

  

Arkdes is het Zweeds centrum voor architectuur en design. Er is een permanent deel met heel wat informatie en maquettes over architectuur en publieke ruimte door de jaren heen en er zijn enkele ruimtes voor tijdelijke (?) thematische tentoonstellingen. Eén grote zaal was helemaal ingericht met een soort kijkdozen in de vloer. Heel knap gedaan en ook boeiende materie vond ik persoonlijk.

Modernamuseet is andere koek om het zo even te noemen. Moderne kunst roept wel vaker twijfels op bij mij, en dat is al helemaal zo bij videokunst. De verschillende video-installaties kunnen mij echt op geen enkele manier bekoren of intrigeren. Misschien was ik daardoor al te zeer beïnvloed, maar ook bij de rest van de kunstwerken is er maar weinig dat mij aansprak. Echt lang hebben we hier ook niet rondgelopen, dan toch maar liever terug naar buiten en genieten van alles wat er daar te zien was (en nog even kijken naar de kunst buiten, die brengt samen met de zon mijn goede humeur meteen terug).

Na de musea gaan we nog wat verder op verkenning in de stad, soms langs iets steilere stukken waar je nog steeds goed moet uitkijken voor ijsplekken. We genieten van het uitzicht, liepen langs oude Zweedse huisjes, een oude telefooncel met een nieuwe functie, doen uiteraard nog eens van fika …

… tot de zon begint te zakken en we richting restaurant gaan (een beetje een tegenvaller dus daar gaan we niet veel meer woorden aan vuil maken al was het ergens ook wel grappig om een medewerker met Aziatische roots en ‘Engels met een oosters accent’ Italiaanse termen te horen opsommen en tussendoor Zweeds te horen praten met een collega die Afrikaanse roots had).

 

Boekentorenliefde

De Boekentoren is een symbool in Gent. Het is de jongste van de torens die de Gentse skyline bepalen, maar voor mij eigenlijk wel de mooiste. Het is niet de hoogste toren op zich, maar doordat hij op de Blandijnberg staat, ‘torent’ hij toch maar mooi boven de omgeving uit 😉
De toren vormt de spreekwoordelijke kroon op het werk van architect en kunstenaar Henry Van de Velde en groeide uit tot een symbool van het modernisme in de Belgische architectuur.

‘Een machtige boekenkast in de hoogte aangelegd’, zo presenteerde Henry Van de Velde in 1934 zijn ontwerp. Op 15 oktober 1942 opende de nog onvoltooide Boekentoren voor het eerst zijn deuren. De toren liep heel wat oorlogsschade op en moest dus al meteen worden hersteld. In de loop van de decennia ging de staat van toren sterk achteruit, maar uiteindelijk kwam er recent dan toch een renovatie, uitgevoerd door een team onder leiding van het vermaarde duo Robbrecht en Daem. In 2021 was de parel van de Universiteit Gent terug in ere hersteld en wilde ik dolgraag het resultaat gaan bekijken.

Tijdens mijn opleiding Germaanse talen volgde ik o.a. het keuzevak bibliotheekwetenschappen en was toen al eens tot boven in de toren geweest. Later, in 2010, toen ik verslaggever was voor Gentblogt, kon ik samen met Maya nog eens op bezoek naar aanleiding van een workshop met Pieter Gaudesaboos over zijn boek Tommy en de torenhoge boterham (link naar het verslag van toen, bij de archivering zijn er wel wat rare tekens in de tekst gekomen).

Dat Van de Velde veel aandacht had voor de lijn en natuurlijk licht hoeft geen betoog, de inrichting van de Boekentoren maakt dat overduidelijk. Ook zijn aandacht voor functionalisme vind je terug in het ontwerp. De afstand tussen de kolommen werd aangepast aan de breedte van de boekenrekken en de hoogte van de plafonds in het boekenmagazijn werd precies berekend zodat het personeel zonder ladder de bovenste plank kon bereiken.

De volledige inrichting is trouwens zakelijk en functioneel, geen overbodige krullen en ornamenten, maar strakke lijnen en afgeronde hoeken.


Door het uitbreken van Wereldoorlog II kon hij helaas niet alle materiaal gebruiken zoals in het ontwerp voorzien, Belgisch Sint-Anna marmer werd het alternatief voor het zwarte rubber of linoleum dat hij aanvankelijk gekozen had als materiaal voor de meeste vloeren. De houten wandpanelen in de Belvedère zijn van inlandse eik, de donkere omlijsting van wengé, afkomstig uit Congo.

De Belvedère is de parel aan de kroon van de Boekentoren, al was de functie minder duidelijk. Van de Velde wilde er een museum van het boek van maken, de universiteit wilde het gebruiken voor lezingen en recepties. Door het ontbreken van een goede liftverbinding (die kwam er met de renovatie wel) bleek dat echter niet haalbaar en werd de mooie Belvedère een plek waar het personeel mocht eten of op de biljart spelen.
Die bewuste biljart heb ik er nog zien staan tijdens mijn studentenbezoek, hoe hij ooit op zijn plaats is geraakt, kon niemand ons vertellen. Nu is hij verdwenen en een vriendelijke jongedame wist me te vertellen dat ze hem op het dak van de lift (wan er in lukte niet) naar beneden zouden hebben gebracht! New urban legend or true story, wie zal het zeggen?

Heel fijn trouwens om deze buurt eens vanuit de hoogte te bekijken.

Na ons bezoek aan de toren ‘moesten’ we uiteraard ook nog eens een kijkje nemen in de leeszaal. In de inkomhal nu geen fichebakken meer (maar lockers) en ook de tafels en stoelen in de leeszaal bleken intussen vervangen. Waar wij enkel over onze papieren cursus en boeken gebogen zaten, zaten er nu vooral studenten met laptops en vele ook met koptelefoons, maar de stilte hing er nog steeds, net zoals ‘in onze tijd’ 😉

Terug buiten liepen we nog even verder naar de hoek van straat, richting HIKO. Het Hoger Instituut voor Kunstgeschiedenis en Oudheidkunde (HIKO) werd opgericht in 1920. Van de Velde werd niet enkel docent, maar ontwierp ook het gebouw dat nu de westvleugel vormt van het Boekentoren-complex. De bijzonder ingang met de afgeronde hoek en de grote raampartij trekt nog steeds de aandacht van menig voorbijganger. Bij mooi weer kregen de studenten vroeger soms les op het buitenterras onder de betonnen luifel die uitkeek op de binnentuin, een privilege dat ik zelf jammer genoeg niet mocht ervaren in mijn studentenjaren (ik volgde er o.a. lessen Duits terwijl mijn lief op mij zat te wachten en de luide stem van prof W. DC tot in de gang kon horen).
Collecties die toen in de tentoonstellingsruimte werden getoond, maken vandaag deel uit van het Gents Universiteitsmuseum (GUM), ook een hele fijne plek om eens te bezoeken trouwens.

‘t Was heel fijn om de Boekentoren en de universiteitsbibliotheek in ere hersteld te zien en daarnaast was het ook een leuke trip down memory lane voor ons beide 🙂