Juni was warmer dan mei (al een geluk) en droger (ook een geluk) al viel er nog regelmatig een bui waardoor de planten, en vooral het gras en het onkruid stevig doorgroeien.
In mijn vaders tuin mag je intussen wel spreken van weelde op bloemenvlak 🙂 Door de zomerse temperaturen ging het plots heel hard. Het vingerhoedskruid, de pioenen en de kattenstaarten, ze bloeiden sneller en verwelkten dus ook sneller. De overvloed aan duizendschoon is intussen alweer over zijn hoogtepunt (maar er staan al nieuwe plantjes die volgend jaar zullen bloeien en uiteraard werden er ook zaden geoogst).
De rozen die bloeien wel nog volop, de rode rozen op de pergola moest alweer extra opgebonden worden om te vermijden dat sommige takken zouden bezwijken onder het gewicht van de vele bloemen. Even de verwelkte exemplaren wegknippen geeft al gauw een volle emmer bloemblaadjes 😉
Ook de fuchsia en de bloembakken aan het ’tuinhuis’ doen het opnieuw heel goed. Ook bij de fuchsia worden trouwens heel regelmatig de verwelkte bloemen weggehaald zodat de plant voldoende energie heeft om nieuwe bloemen te maken ipv zaaddozen te ontwikkelen. Veel bloemen worden hier opgekweekt uit zaden, maar fuchsia’s koopt hij toch als jonge planten aan.
In de groentetuin zorgde de koude meimaand ervoor dat de boontjes opnieuw gezaaid moesten worden (maar de eerste planten zijn intussen ook al goed aan het groeien), de erwtjes gaven een mooie oogst en zitten intussen al grotendeels in de diepvries.
De tomatenplanten hebben de serre intussen in een half oerwoud omgetoverd en ook de exemplaren buiten beginnen bloemetjes te dragen. De courgetteplanten doen het iets langzamer, maar zowel de gewone groene als de gele en de bolletjes dragen vrucht, nu enkel nog wachten tot ze groot genoeg zijn om te oogsten. Wortel, radijs en sjalot staan er heel goed bij.
Een aantal stukken in de groentetuin moeten nog onkruidvrij gemaakt worden, hier en daar zijn intussen echter bloemen opgedoken die nog een beetje mogen blijven staan omdat ze zo mooi zijn. Die pompoenplanten (die ook dringend uitgeplant moesten worden) krijgen er wel een plekje tussen.
Ook in de bessentuin werd al volop geoogst: frambozen dat het een lieve lust is, aalbesjes (toch weer een pak meer dan aanvankelijk gedacht) en de oogst van de kruisbessen ziet er meer dan veelbelovend uit. Een deel van de kleine aardbeien en frambozen werden al verwerkt tot confituur en de rode besjes werden deels uitgedeeld aan familie en verwerkt tot confituur en ook gewoon zo in de diepvries gestoken. Ik gebruikte de besjes en de frambozenconfituur al om te combineren met een crème van mascarpone en Griekse yoghurt tot een lekker en fris dessertje. Ook de aardbeien werden met veel plezier opgegeten, gewoon puur, heerlijk zoet :p
En onze tuin? Ook daar zit evolutie in. Niet zo spectaculair als bij mijn vader maar toch. In de voortuin blijf ik voor mini’s gaan: klaprozen, kamille en nigella van 5 tot 10 cm hoog, blijft schattig om te zien al mocht het gerust wat meer zijn 😉
Gelukkig zorgen intussen de prikneuzen en de eerste malva’s voor extra kleur (en grotere planten). De kleine viooltjes blijven zichzelf uitzaaien en dat vind ik super.
De bodembedekker die in Zomergem overdadig groeit en bloeit, kreeg hier dit jaar ook voor het eerst enkele bloemetjes en ook de margrieten vormen bot. In het gras verschenen trouwens ook nieuwe bloeiende soorten, blijft boeiend 😉
De kleine aalbessenscheutjes die ik 2 jaar geleden kreeg, zijn intussen struikjes geworden en er stonden zowaar enkele besjes op. Hopelijk mogen we volgend jaar een echte (kleine) oogst verwachten. Ook op de tomatenplanten vormen zich intussen de eerste vruchtjes.
Benieuwd wat de volgende maand gaat brengen 🙂
Emmers vol bloemblaadjes
goh als kind gingen we die bij de buren oprapen en dan lieten we die weken in water totdat het water kleurde. Zo hadden we heel wat “toverdrankjes”.
Zo leuk! Ik verzamelde als kind vaak de rozenblaadjes om te drogen en mijn eigen potpourri te maken 🙂