Eind juni gingen wij even op citytrip in eigen land, meer bepaald naar Mechelen. Wanneer we een stad voor de eerste keer verkennen, dan doen we dat heel graag al wandelend. Wij vinden dat een heel fijne manier om op ontdekking te gaan en zo naast de ‘klassiekers’ ook onverwachte hoekjes en plekjes te leren kennen.
Mechelen is een middelgrote stad, heel erg op maat van de wandelaar (een grote autoluwe zone), ideaal dus voor een verkenningstocht te voet, op tijd en stond onderbroken door een pauze om iets te eten of te drinken want ook op dat vlak is het aanbod uitgebreid.
Flaneren door de straten en onze ogen de kost geven en wie kijkt, die ontdekt mooie dingen. Op mooie pleinen in het centrum, maar even goed in rustige straatjes, oude en nieuwe architectuur spotten, langs groene en blauwe linten doorheen de stad …
Een impressie
We verkenden de stad vooral langs de buitenkant en bezochten enkel het museum Hof van Busleyden (waar je geen foto’s mocht maken, maar waarvoor het Geluidshuis wel een leuk hoorspel maakte dat je trouwens gratis kan downloaden) en het Speelgoedmuseum (maar meer daarover later).
Ik was er ook al een tweetal keer en vond het daar ook gezellig. Niet meer de verwaarloosde stad van een aantal jaar geleden.
Fijn dat de steden terug aangename plekken worden om te wonen, leven, werken, bezoeken…
Ik ken Mechelen en ik ken het ook helemaal niet. Al meerdere keren wel in het centrum geweest dus ik herken veel foto’s maar nooit echt bewust bezocht.
Wij doen dat dus echt graag, zo gewoon rondlopen door straten en kijken naar gebouwen en de stad ontdekken.
Hele fijne stad! De nieuwe bib in het oude Predikherenklooster is ook fantastisch de moeite! En het Dijlepad, de vlonders op het water. En Manufactuur Dewit, de enige plaats in België waar er nog middeleeuwse wandtapijten hersteld worden!
Ik hoor het al, we gaan nog eens moeten terugkeren. Maar dat waren we eigenlijk al van plan 😉