Bordeaux – kennismaking met de stad

Met veel vertraging, maar hier de eerste van nog enkele blogposts over deel 2 van onze  zomervakantie.

Na een verblijf in Nantes en twee korte tussenstops in Saintes & Saint-Emilion verbleven we in de zomer van 2021 ook een aantal dagen in Bordeaux. We logeerden er aan de rand van de stad, in de buitenwijk Bordeaux-Lac. Je vindt er naast woonflats en kantoorgebouwen ook een congrescentrum, een overdekte velodroom en verschillende hotels. Handig en goed bereikbaar met de wagen en bovendien met een tramhalte voor de deur die ons heel vlot naar de binnenstad bracht en terug. Met een 72u-pas zaten naast een reeks musea en attracties ook de ritjes met de tram inbegrepen, ideaal dus.

Wist je trouwens dat Bordeaux twee bijnamen heeft? De eerste is Port de la lune, naar de vorm van de rivier de Garonne die door de stad loopt.
De voormalige haven en het centrum van Bordeaux liggen op de linkeroever, aan de buitenbocht van die slinger, die er vanaf de heuvels op de rechteroever uitziet als een maansikkel. Deze verwijzing komt terug in het logo van de stad in de vorm van drie halve manen.
De stad staat daarnaast ook wel bekend als La belle endormie, de schone slaapster, een verwijzing naar de weelderige architectuur uit het rijke verleden, maar het rustige leven in de stad en gebrek aan economische dynamiek vandaag de dag. Of dat laatste echt klopt, zou ik niet kunnen zeggen, het is allemaal maar hoe je de zaken bekijkt zeker?

In onze 72-urenpass zat o.a. aan boottochtje inbegrepen en daar maakten we graag gebruik van. Altijd leuk om een stad van op het water te leren kennen. De gids was een studente toerisme die zich zeer goed van haar taak kweet. Voor Maya was het niet altijd evident om het snelle Frans te blijven volgen, maar ze deed haar best (en tussendoor probeerde ik ook nog wel relevante of leuke stukjes voor haar te vertalen).

Het meest frappante weetje ging over de kleur van het water: het zag er in onze ogen nogal bruin uit, maar zij noemde het met trots goudkleurig en wist te vertellen dat de kleur te wijten is aan het systeem van eb en vloed waardoor de zandkorrels elke dag meerdere keren heen en weer worden gewoeld in het water. Dat water is – ondanks de eerste indruk door de kleur – trouwens erg zuiver, kwaliteitsonderzoek wees uit dat er heel wat grote en kleine diersoorten in terug te vinden zijn. De meest opmerkelijke bouwwerken waren voor ons La cité du vin (later daarover meer in een aparte blogpost) en de moderne en indrukwekkende Pont Jacques-Chaban-Delmas waarvan het middendeel helemaal naar boven kan worden geschoven.

 

Wij gingen ook (vooral) uitgebreid te voet op verkenning door de stad, langs mooie (meer toeristische) delen en ook langs iets minder mooie (wat verarmde) wijken van de stad waar hier en daar toch duidelijk initiatieven het licht zien die voor een nieuwe dynamiek zorgen. Een bloemlezing in woord en beeld:

De Place des Quinconces is het is het grootste plein van Frankrijk en het vijfde plein van Europa. Het is aangelegd in de 19de eeuw en ligt op de plek van het voormalige Château Trompette, een fort dat tot doel had de stad onder controle te houden. Het plein is gedeeltelijk beplant met bomen in een quincunx-patroon (vijf punten in een patroon zoals op een dobbelsteen of een speelkaart), wat de naam aan het plein gegeven heeft.

Op dit plein staat het Monument aux Girondins, een zuil met twee monumentale fonteinen aan de voet. Het plein zelf wordt voornamelijk gebruikt voor grote evenementen.

 

Port de la Lune verwijst naar de oude zeehaven van Bordeaux, maar wordt ook gebruikt voor de oude stad. De binnenstad van Bordeaux is in 2007 door de UNESCO in zijn geheel op de werelderfgoedlijst geplaatst en was daarmee het eerste stedelijke gebied op die lijst. In het centrum zijn ruim 5000 huizen uit de 18de eeuw terug te vinden, waarvan er maar liefst 362 binnen een gebied van 1731 hectare op de Werelderfgoedlijst staan. Hiermee is Bordeaux – na Parijs – het grootste stedencomplex op de Werelderfgoedlijst van Frankrijk, en daarom wordt het ook wel de ‘stad van kunst en geschiedenis’ genoemd.

In de jaren ’80 en ’90 werden veel gebouwen in de stad opgeknapt, maar ook recent kregen nog heel wat gebouwen hun originele goudgele kleur terug. Over een lengte van drie kilometer heeft de binnenstad aan de kades van de Garonne een rij uniforme, classicistische gevels, enkel onderbroken door de monumentale Porte de Bourgogne en de Porte Cailhau.

De Porte Cailhau was ooit een van de belangrijkste bouwwerken van de stad. De poort werd in 1495 gebouwd als onderdeel van de stadsmuur en deed toen dienst als de hoofdtoegang tot de stad. Tegelijkertijd was het ook een triomfboog. In de toren boven de poort kan je een tentoonstelling bezoeken over de geschiedenis van Bordeaux.

De kades zelf zijn de laatste jaren onderwerp geweest van een groot stadsvernieuwings-project: eens lag hier een brede stadssnelweg met acht rijstroken, tegenwoordig is het een lang park, met een trambaan, meerdere terrassen, een fietspad, sportaccommodaties, etc.

Tijdens ons bezoek konden wij genieten van een tijdelijke tentoonstelling met grappige beelden van Le Chat, het populaire figuurtje van de Belgische striptekenaar Philippe Geluck. De 20 monumentale bronzen sculpturen staan er nog tot 2024. Het maakte onze wandeling dubbel zo leuk en uiteraard vroeg dat ook om een uitgebreider fotoreeks.

 

De Place de la Bourse is één van de meest herkenbare punten. Dit koninklijke plein werd tussen 1730 en 1775 gebouwd in opdracht van koning Lodewijk XV. Met het plein wilde hij zichzelf als symbool van Frankrijk vieren. Het plein met de omringende gebouwen werden ontworpen als landschap voor een ruiterbeeld van de koning. Tijdens de Franse Revolutie werd het omgetrokken en verwoest. Later kwam het beeld van de Drie Gratiën op het plein. De barokke paleizen worden nog steeds gebruikt door de beurs, de douane en de kamer van koophandel.

Aan het beursplein ligt sinds 2006 ook de Miroir d’Eau. Dit waterbassin is met een oppervlakte van 3450 m2 de grootste waterspiegel ter wereld. De oppervlakte is bekleed met granieten tegels waar constant een laagje water van 2 cm op ligt. Het oppervlak reflecteert de gebouwen van de Place de la Bourse, en in de zomer is het de ideale plek om even af te koelen en in het water te wandelen of te spelen.

 

In de oude binnenstad liggen o.a. de kathedraal Saint-André (in grootte vergelijkbaar met de Notre Dame in Parijs) en de Tour Pey Berland, en het Palais Rohan, waar het stadhuis gevestigd is.
De westgevel van de kathedraal is een stuk van de voormalige stadsmuren. Oorspronkelijk waren er in het ontwerp van de kerk vier klokkentorens voorzien, maar door het verzakken van de eerste twee gebouwde torens in de moerasachtige bodem, lieten ze die andere twee dan maar achterwege en bouwden ze een losstaande klokkentoren, de Tour Pey Berland.

Wij brachten een bezoekje aan het Palais Rohan waar we rondgeleid werden door een bij momenten hilarische stadsgids. We moesten gefocust blijven om al zijn verhalen en zijn persoonlijke commentaar erop te kunnen volgen, maar we hebben echt wel vaak gelachen.

 

De monumentale poort de Grosse Cloche is de tweede overgebleven stadspoort van de middeleeuwse stadsmuur. Dit bouwwerk was in de 15de eeuw onderdeel van het stadhuis en deed dienst als de klokkentoren. De klokkentoren werd in de 17de en 18de eeuw omgebouwd en bestaat tegenwoordig uit 2 ronde torens aan een centraal gebouw, met tussen de torens de grote klok van 7800 kg.

Vlakbij ligt de Pont de Pierre. Ze werd begin 19de eeuw gebouwd in opdracht van Napoleon, en het was de eerste brug over de Garonne. De brug is 486 meter lang en telt 17 bogen. Het was tot 1965 bovendien de enige brug in Bordeaux over de rivier! Vanop de brug heb je een mooi zicht op de oude stad.

Ingesloten door de rivier en de Rue Sainte-Catherine ligt de volkswijk Saint-Michel, met de karakteristieke basiliek, waarvan de toren van ver af te zien is en die la flèche, de pijl, genoemd wordt. In deze wijk wonen veel immigranten en studenten en het is niet meteen de mooiste omgeving van de stad, maar je voelt wel dat er hier een nieuwe dynamiek groeit.

 

La Bastide is de buitenwijk die aan de overkant van de rivier ligt en werd lang ondergewaardeerd waardoor hij verloederde. Sinds het herstructureringsplan van het begin van de 21e eeuw wordt deze wijk opgeknapt.
Aan deze kant straalt Bordeaux een andere sfeer uit. Je ziet er streetart, oude pakhuizen verbouwd tot hip restaurant of supermarkt… Verborgen achter schermen en oude muren dachten we ook wel verblijfplaatsen van minder begoeden (vluchtelingen?) te zien.
Via de moderne Chaban Delmas brug wandelden we terug naar het oude stadscentrum.

De Pont Jacques-Chaban-Delmas, of ook de Pont Bacalan-Bastide, is een hefbrug over de Garonne. Het is de grootste in zijn soort in Europa. De lengte van de totale constructie is 575 meter; de eigenlijke brug is 433 meter lang. Het brugdeel dat kan worden opgeheven, is 117 meter lang en kan tot 53 meter boven het wateroppervlak schuiven. In 2013 werd de brug officieel in gebruik genomen.

 

 

2 reacties op “Bordeaux – kennismaking met de stad

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *