Maandelijkse archieven: mei 2023

Stockholm part 3

Dag 3 van onze citytrip in april startte opnieuw koud, maar meteen zonnig. Ideaal dus om de stad te voet te verkennen na een uitgebreid ontbijt.

Vandaag terug een museumbezoek in de voormiddag, meer bepaald het ABBA-museum, en de rest van de dag vooral genieten van de buitenlucht en de zon. Volgens de website moet je hier altijd je tickets vooraf kopen, maar dat lukte dus nog de avond voordien. Deze keer moesten we ook een tijdslot aangeven (op die manier blijft het bezoekersaantal gecontroleerd en de bezoekerservaring gegarandeerd; ik kan daar mee leven, zeker omdat we nog de avond vooraf konden boeken al zal dat niet altijd zo last minute kunnen natuurlijk en dan vraagt het iets meer planning en organisatie). Dit museum ligt in de buurt van Vasa, waar ik eerder al over schreef. Je kan ze dus ook gemakkelijk op één dag combineren, ideaal wanneer het slechter weer is 😉

Het ABBA-museum is nog een jonge telg in museumland, het is amper 10 jaar oud. Je krijgt er het verhaal te zien en horen van de vier bekende leden: hoe ze elkaar ontmoetten, gingen samenwerken, hoe hun carrière liep enz. Je krijgt als bezoeker een heuse inkijk in hun leven en wereld. Er werd zelfs een stuk van de Polar Studio en van hun zomerhuis tot in de kleinste details nagebouwd.

De echte fans (of de durvers?) krijgen de kans om mee te dansen op het virtuele podium of een stukje van je favoriete ABBA-lied zingen in een opnamebox. Wie in het hokje meezingt, beseft het misschien niet altijd (of trekt het zich niet aan), maar de andere bezoekers in de directe omgeving kunnen meeluisteren en laat ik zeggen dat ‘niet elke kandidaat met evenveel zangtalent gezegend is’. Wil je jouw ABBA-kennis testen, doe dan mee aan een kleine quiz en kies op één van de schermen uit drie moeilijkheidsgraden (en neen, het is echt niet zo eenvoudig). Je vindt er ook een uitgebreide collectie (gouden) platen, prijzen, poppen en andere merchandising en outfits (sommige lichtjes verkleurd, maar het zijn wel degelijk de originele stukken).

In het museum staat dé telefoon uit ‘Ring ring‘. Als deze telefoon zou rinkelen terwijl je er bent, zeker opnemen! De enigen die het telefoonnummer kennen zijn namelijk Benny, Björn, Agnetha en Frida. En neen, wij hoorden hem niet bellen, maar dat zou wel degelijk al gebeurd zijn.

Recent is er op het eind een nieuw stuk toegevoegd aan de tentoonstelling waar de projecten na de ABBA-tijd aandacht krijgen, zoals de verschillende musicals (over ABBA en andere) geschreven door Björn en Benny en enkele soloprojecten van de Agnetha en Frida. En uiteraard is er ook info over ABBA The Voyage, de befaamde hologramshow. Vanaf 7 mei 2023 loopt er trouwens naar aanleiding van de tiende verjaardag van het museum een gloednieuwe tentoonstelling over ABBA Voyage (zie persbericht voor meer info).

Eén ding is zeker: in dit museum loopt je gegarandeerd minstens te neuriën en kom je goedgezind buiten 🙂

Alle praktische info en meer lees je op de site van het museum.

Na ons museumbezoek is het echter tijd om buiten verder op verkenning te gaan. En ook daarvoor zitten we op een ideaal stukje Stockholm. Djurgården is een heel groen eiland en het op een na grootste van de 14 eilanden van Stockholm, vroeger was het het jachtdomein van de koninklijke familie, nu mag iedereen er komen genieten en dat gebeurt ook volop.

Onder het motto ‘go where the locals go’ liet ik me opnieuw inspireren door de blog van Take me to Sweden waar Heidi je meer vertelt over één van de favorieten van de Stockolmers. Rosendals Trädgård is een zowel een tuincentrum als een horecazaak, een bakkerij, een pluktuin …   Je kan er terecht voor slaatjes, broodjes, soep en fika. Ze gebruiken uitsluitend organische en biologische ingrediënten en serveren zoveel mogelijk zaken uit eigen tuin. Op zonnige dagen is het er erg druk en dat klopt, alle stoeltjes en bankjes buiten zijn bezet en er staat een hele lange rij aan te schuiven voor een hapje of drankje. (Meer lezen? Dat kan op https://www.rosendalstradgard.se/ of op de blog van Takemetosweden).

We piepen nog even binnen in de serre die ingericht is als tuincentrum, maar besluiten dan toch gewoon verder te wandelen wegens iets te druk naar onze zin. In de zomer is het hier ongetwijfeld nog leuker wanneer de tuinen vol groente en bloemen staan en je ook in de grasvelden kan picknicken. Nu ligt er nog sneeuw en ijs, dus in de grasvelden zitten is niet meteen een optie. Maar we genieten best van het winters landschap en spotten zowel reetjes als een eekhoorn terwijl we verder wandelen.

Aan een kleine kiosk houden we halt voor een koffie/thee en een kanelbullar. De Zweedse hotdog of korv laten we aan ons voorbijgaan, maar het broodje is duidelijk populair.

Omdat we nog voldoende tijd hebben, besluiten we nog een extra lusje op Skeppsholmen te maken, een klein eilandje waar ook nog enkele musea liggen: Arkdes en Modernamuseet. De beelden in de tuin voor het museum trekken meteen de aandacht.

Omdat het al vrij laat in de namiddag is, besluiten we de volgende dag terug te komen om beide musea te bezoeken, maar doen we wel nog even van fika, al was het maar omdat de bar in de inkomhal best gezellig is (en de oudere barman erg grappig is en zo nu en dan zijn koffiekopjes rondgooit alsof hij Zweedse imitatie van Tom Cruise in Cocktail is). Deze keer gaan we voor koffie/thee en Chokladbollar, een andere Zweedse lekkernij.

Daarna trekken we terug verder door de stad en gaan langzamerhand op zoek naar een plekje voor het avondmaal. Nadat we even van de voorziene route afwijken (afslag gemist) belanden we bij toeval in Upplandsgatan waar we Cravings Kitchen ontdekken. De menukaart aan de deur ziet er aantrekkelijk uit, er blijkt nog een tafeltje vrij en dus is het snel beslist: hier gaan we eten. De formule van foodsharing maakt dat we verschillende gerechtjes van de menukaart kunnen kiezen en het smaakt ons zeer. De schoteltjes zijn mooi gepresenteerd en het eten is erg lekker, we genieten! We laten ons nog verleiden tot een dessertje, o.a. omdat er eentje op de kaart staat waar we nog nooit van gehoord hebben, Naima, en dat als omschrijving ‘vegan en dessert van de toekomst’ meekrijgt van de dame die ons bedient. Het dessert beschrijven is moeilijk: het was zacht en fluwelig en we kunnen het niet meteen met iets vergelijken, maar het was wel lekker :p

Voldaan van onze dag en ons avondmaal keren we andermaal tevreden terug naar ons hotel en ons bed.

 

 

 

Stockholm part 2

Dag 2 in Stockholm: na een goede nachtrust starten we de dag met een stevig ontbijt. Buiten is het op dat moment nog aan het vriezen en voorlopig ook nog bewolkt, maar er is beterschap op komst. We zorgen voor een extra warme outfit, met o.a. een laagje thermisch ondergoed, intussen ook bij ons veel meer standaard sinds de energiecrisis en de lage kantoortemperaturen de voorbije winter 😉

We hebben een bezoek aan Vasa op onze dagplanning staan en kiezen voor een wandeling i.p.v. het openbaar vervoer om daar te komen, ideaal wat ons betreft om zo de stad nog wat verder te ontdekken.

We lopen duidelijk door een mooie buurt en langs de winkels van de duurdere merken. We blijven echter buiten en genieten vooral van de gevels, de etalages en het uitzicht. Het blijft ook uitkijken waar we onze voeten zetten, want de sneeuw en het ijs zijn zeker nog niet verdwenen.

Het Vasamuseum ligt op Djurgården en kan je niet missen, het is immers heel herkenbaar met de masten door het dak. Het hele museum draait rond de Vasa, het enige (oorlogs)schip uit de 17de eeuw dat nog bestaat. De Vasa kapseisde en zonk in 1628 op zijn eerste tocht! Na 333 jaar op de bodem van de zee werd het enorme oorlogsschip geborgen (vanaf eind 1957) en stuk voor stuk gerestaureerd. De Vasa bestaat voor 98 procent uit originele onderdelen (ruim 14.000 losse houten onderdelen alleen al) en honderden uit hout gesneden sculpturen en is uniek in de wereld. In 1987 startte de bouw van het museum dat letterlijk rond het schip gebouwd is gebouwd. In 1990 gingen de deuren van het maritiem museum open voor het publiek.

We hebben onze tickets de avond voordien nog online gekocht om lange wachtrijen te vermijden (wordt ook aangeraden), maar die zijn er op dit moment niet. Wellicht zitten de weekdag en het feit dat het nog geen paasvakantie is daar voor iets tussen. We vinden dat absoluut niet erg, wel integendeel. Verschillende musea kennen hier trouwens een winter- en zomerprijs, van oktober tot en met april betaal je een beetje minder voor jouw toegangsticket, leuk meegenomen.

 

We wandelen op ons gemak door het museum en hebben alle ruimte om het indrukwekkende gerestaureerde wrak te bekijken. Onderzoekers hebben al heel wat geleerd over het leven en de technieken van die tijd en nog steeds wordt er onderzoek gedaan naar de beste manier om het schip te bewaren. Wanneer je in de zomer komt, voorzie je best een extra truitje, in het museum ligt de temperatuur permanent tussen de 18 en 20 °C om de Vasa zo goed mogelijk te kunnen conserveren.

Wanneer we het museum terug verlaten, hebben de wolken al deels plaats gemaakt voor de zon en blauwe lucht waardoor alles er meteen wat mooier uit ziet en we enkele foto’s opnieuw maken (waar is de tijd van het filmrolletje waarbij je vooraf ernstig nadacht over elk beeld dat je wel of niet ging schieten)


Stockholm is gebouwd op 14 eilanden die met meer dan 50 bruggen verbonden zijn. Je hebt het vaak niet eens door dat je plots op een ander eilandje staat, met mijn gebrek aan oriëntatie probeer ik het dan ook niet bij te houden 😉
Langs de kade is het genieten van het zonnetje, het water en de statige gebouwen. Aan het water zien we Tivoli (nu heet dat blijkbaar Gröna Lund) liggen – een pretpark dat de deuren openden in 1883 en nog steeds bestaat en waar ook heel wat concerten gegeven worden – maar dat gaan we niet bezoeken.

Na het beroemdste museum van Stockholm besluiten we door te wandelen naar Gamla Stan, het historische (en meest toeristische) centrum van de stad, omdat het daar in het weekend doorgaans een stuk drukker is en we dat nu wat kunnen vermijden.

We steken een brug over en gaan eerst een kijkje nemen aan het koninklijk paleis. Omdat we nog in het winterseizoen zijn, is de wissel van de wacht beperkt tot woensdag, zaterdag en zondag, daar hadden we even niet op gelet. Het kasteel behoort tot de grootste van Europa, maar omdat het zonnetje intussen heerlijk schijnt, besluiten we toch vooral om buiten te blijven en kopen we geen ticket voor een bezoek.

Wat doe je als toerist toch altijd even? Een kijkje nemen waar je misschien wel een leuk cadeautje zou kunnen scoren. De kleurrijke huisjes op Stortorget zijn wellicht bij de meest gefotografeerde van Stockholm, ook wij kunnen er niet aan weerstaan.

Ons oog valt op een winkeltje met dalarnapaardjes (ofte dalahäst, häst is paard in het Zweeds) in de etalage, er is zelfs een klein museum in en je vindt er exemplaren gemaakt door kunstenaars. Heel mooi, maar toch wat prijzig en dus laten we de paardjes voor wat ze zijn. Even verder zit nog een fijn winkeltje met een heel vriendelijke dame waar ik enkele leuke sokken koop en een koffiemok. Spulletjes die we zeker zullen gebruiken en een fijne herinnering zullen oproepen.

Intussen is ons uitgebreid ontbijt verteerd en hebben we wel zin in fika (de Zweedse variant van koffiepauze of teatime). Aan plekjes waar je terecht kan voor fika geen gebrek trouwens. We besluiten Grillska Huset binnen te gaan, vooral omdat het er authentiek uit ziet (en geen toeristenval). Het koffiehuis + bakkerij heeft geen vrije zitjes meer, maar in het aanpalende restaurant kunnen we ook terecht voor fika. Binnen voelt het meteen goed aan: een mooi aanbod, gezellig ingericht, ruime porties, … hier zou ik met plezier ook komen lunchen. Er blijkt ook een sociaal luik aan verbonden Grilska Huset in de vorm van een tewerkstellingsproject waardoor ik het nog fijner vind dat we er net dit plekje hebben uitgekozen.
Ik ga voor koffie, mijn zus voor thee en uiteraard hoort daar een Zweeds gebakje bij. Ik kies voor een overheerlijke kardemonbullar (ik had er gisteren al eentje gekocht ‘on the go’ bij Fabrique, een ambachtelijke bakkerij met verschillende winkels in Stockholm en verder), mijn zus gaat voor een semla, een bol met amandelspijs en room. De semla wordt traditioneel alleen de dinsdag zeven weken voor Pasen gegeten, maar tegenwoordig worden ze (vooral?) tussen Kerst en Pasen verkocht.

Na een deugddoende pauze gaan we vervolgens we op zoek naar het kleinste beeldje van Stockholm: Järnpojken of het IJzeren Jongetje. Ik las er over op de blog Take me to Sweden waar je trouwens massa’s tips vindt voor een bezoek aan Zweden (suggesties voor verblijf, eetadresjes, besprekingen van musea, hoe je verplaatsen, … you name it and she has written about it).
Het was even zoeken, maar we hebben het uiteindelijk gevonden en ja, het is echt een héél klein beeldje van amper 15 cm hoog en het staat gewoon op de grond dus je kan er letterlijk gemakkelijk overheen kijken. De naam van het beeld is officieel ‘De jongen die naar de maan kijkt’ of ‘Pojken som tittar på månen’ in het Zweeds. Het is gemaakt door de Zweed Liss Eriksson. Soms draagt het een mutsje of sjaaltje, maar die dag niet.

Daarna wandelen we nog een beetje verder doorheen de stad, maken nog wat sfeerfoto’s en gaan langzamerhand op zoek naar een plek om iets te eten. In Östermalm kwamen o.a. langs een mooie foodhal waar we sowieso even binnen liepen. De food hall bestaat al sinds 1888 en heropende in 2020 na een jarenlange renovatie. Ik las achteraf dat de plek in de top 10 staat van beste food halls wereldwijd en één van de favoriete plekken van Jamie Oliver is in Stockholm.

We overwegen even om daar iets te eten, maar het is er al vrij druk en toch ook wel wat prijzig dus we besluiten nog even verder te kijken. Het is wel het moment voor een sanitaire stop en net zoals in de moderne food hall gisterenavond hebben de toiletten hier een betaalslot; je leest het goed: je scant je bankkaart, betaalt en pas dan gaat de deur open. Ik had er wel al van gehoord, maar het was toch even verrassend wanneer je er voor het eerst zelf mee wordt geconfronteerd. Het is ietwat onhandig wanneer je vrij dringend naar het toilet moet en de lezer je kaart niet accepteert, maar voor de rest wel goed gezien natuurlijk (al heb je met een echte toiletdame of -heer wel nog iets meer zekerheid op een net toilet en de beschikbaarheid van toiletpapier).

Op vrijdagavond wordt er duidelijk meer buitenshuis gegeten waardoor onze zoektocht naar een eetplek iets langer duurt dan ingeschat. Veel leuke restaurantjes blijken al volzet en andere serveren dan weer iets waar we niet zoveel zin in hebben op dat moment (we vinden het bv niet echt het weer om sushi te eten). Omdat het intussen alweer een pak kouder is en we wel honger krijgen, besluiten we het bij een burger te houden in Jensens Böfhus. Het is er vrij rustig en de bediening vriendelijk. Het eten is OK, zij het niet heel bijzonder, maar we zijn blij dat we onze voeten onder tafel kunnen steken. Bij de betaling hier kan ik kiezen om in kronen of euro te betalen, de enige keer dat ik die optie kreeg trouwens en dat is dan wel weer fijn meegenomen want hierdoor komen er geen transactiekosten bij die anders wel standaard bij elke betaling door de bank worden aangerekend.

En dan is dag twee voorbij en is het tijd om ons beddeke op te zoeken 😉

Stockholm part 1

Met enkele jaren vertraging – blame corona – ging ik vorige maand eindelijk met mijn jongste zus op citytrip naar Stockholm naar aanleiding van haar verjaardag met een nieuw cijfertje. Zij had mij, voor dezelfde gelegenheid aan mijn kant, getrakteerd op een tripje naar Berlijn waar ik nog altijd met veel genoegen aan terugdenk.

Het voordeel van de vertraging was dat ik wat langer Zweeds kon oefenen via Duolingo 😉 Niet dat ik nu meteen vol vertrouwen de Zweden in eigen taal te woord kon staan, maar ik begreep toch net voldoende om verschillende woorden te herkennen en eenvoudige gesprekjes te volgen en dat vond ik wel zo handig. Je kan echter zowat overal goed terecht wanneer je Engels spreekt (Engelstalige films en series worden er gewoon ondertiteld in het Zweeds, net zoals bij ons in het Nederlands, ipv te dubben waardoor je het Engels blijft horen wat de kennis van de taal alleen maar versterkt en zo kan je als buitenlandse gast ook perfect een film of een serie bekijken en volgen in je hotelkamer, ook mooi meegenomen).

Wij vlogen met Brussels Airlines en op een kleine vertraging bij vertrek vanuit Zaventem na, verliep alles verder vlekkeloos. BA vliegt op Bromma, een kleine luchthaven, dicht bij de stad, die eerder voor binnenlandse vluchten wordt gebruikt. We wandelden van het vliegtuig op enkele minuten naar het luchthavengebouw met slechts twee transportbanden voor de bagage, die we dan ook erg snel in ontvangst konden nemen.  Een ritje met de bus van Flygbussarna brengt je op amper 20 minuten naar het centrum van de stad. Je kan een biljet kopen aan de automaat, maar ook online (en dat is iets voordeliger, maar dan moet de app wel werken natuurlijk).

 Enkele dagen voordien had het nog gesneeuwd, maar de luchthaven lag er volledig sneeuwvrij bij. Idem wat de straten in Stockholm betreft, de voetpaden waren echter een ander verhaal want die lagen op verschillende plaatsen nog erg glad en dus was het toch wel opletten geblazen (enkele keren geglibberd, maar gelukkig nooit gevallen).
Nadat we hadden ingecheckt in ons hotel, besloten we meteen op verkenning te gaan in de stad. Ook al was het best koud, het was droog en we hadden ons voorzien op warme kledij.

We gingen eerst eens een kijkje nemen in de kerk waarvan we de toren zagen vanuit onze hotelkamer. Het bleek een kerk te zijn met een columbarium in/onder het gebouw, best bijzonder. Verder ook wel mooi qua interieur, voor wie van de stijl houdt natuurlijk 😉 

We gebruikten de reisgids van Time to momo om de stad te verkennen aan de hand van de verschillende wandelroutes die ons door telkens een ander stukje van Stockholm zouden voeren. De kortste route is nog geen 4 km, de langste 12 km en je kan vrij gemakkelijk (stukjes van) routes combineren. Wandelen is m.i. sowieso een heel handige manier om een stad te leren kennen (en gemakkelijk foto’s te kunnen maken) en de weersvoorspellingen zagen er goed uit om dat volop te kunnen doen.

Grijze wolken, maar de gebouwen zorgen hier en daar wel voor een vrolijk kleurtje. Het is ook nog even wennen aan de temperatuur en onze handschoenen houden we toch liever aan (maar om foto’s te maken of iets op te zoeken in de reisgids moeten ze soms toch even uit).

Deze twee torens vond ik wel bijzonder en deden me op de een of andere manier aan New York denken.

En ja, ik neem dus soms ook foto’s van parkeertorens/garages omdat ik de architectuur bijzonder vind 😉

Maar deze obelisk van glaskunstenaar en beeldhouwer Edvin Öhrström op de Sergels Torg was wel de mooiste van de dag, zeker ’s avonds toen de verlichting aan ging (de kleur wisselt soms trouwens).

Eten deden we die eerste avond in K25, een moderne variant van de klassieke foodhalls (in de buurt van de mooie oude torengebouwen op de foto hierboven). Een verzameling van verschillende vormen fastfood (burgers, sushi, pasta, tortilla’s, etc) die je kon bestellen aan de kookeilandjes en meenemen of ter plaatse opeten in de gemeenschappelijke zitzones.
We gingen voor quesadilla’s waarvan je zelf de samenstelling kon bepalen (er was bv een veggie variant met jackfruit als alternatief voor pulled pork, lekker!). Ik ging voor spicy en dat was ie ook, heerlijk pittig 😉 De portie bleek ruim voldoende, een extraatje was niet meer nodig.

En daarna gingen we terug naar ons hotel, we waren immers al voor dag en dauw opgestaan deze morgen, dus erg laat moest het niet worden. Het was wellicht de frisse temperatuur die ons de hele dag fit en monter had gehouden, maar een warm bed was intussen zeker welkom.