De voorbije weken spendeerde ik toch al menig uur in de tuin, vooral in die van mijn vader eigenlijk, maar daar is dan ook heel wat werk te doen en dus steek ik hem een handje toe (ideaal trouwens om mijn hoofd tot rust te laten komen en ik mag er ook elke keer mijn voeten onder tafel steken voor een lekkere maaltijd van apero tot dessert).
De sierappelaar ziet er weer prachtig uit, zeker tegen een blauwe lucht zijn de bloemetjes eens zo mooi.
De tuin werd nog wat verder opgeruimd en lenteklaar gemaakt, er werd voorgezaaid en gespeend (thank heaven voor serretjes waarin het lekker warm is wanneer de temperaturen nog mager zijn, maar het zonnetje wel flink schijnt).
Op de aardbeienplanten in de hangpotten verschijnen de eerste vruchtjes al.
Intussen werden er ook al zomerbloeiers en erwten uitgeplant in de tuin, groente gezaaid, onkruid gewied (vooral dan door mijn vader, vaak uren aan een stuk), fruitdragers (bessenstruiken, aardbeienplanten en lage fruitboompjes) en vers gezaaide groente van een net voorzien om al te gretige vogels weg te houden, … En waar het kan, mogen ook in de groentetuin de bloemetjes blijven staan en worden de zaaibedden gewoon een beetje aangepast. De bijtjes zijn er alvast niet rouwig om.
In onze eigen tuin gaat het allemaal iets trager, er staat hier ook geen serre of veranda waarin we kunnen voorzaaien dus wacht ik tot het warm genoeg is om meteen buiten te zaaien (en dat viel dit jaar een beetje tegen in april) 😉
De forsythia’s en de krentenboompjes zijn intussen uitgebloeid, maar de brem toont intussen zijn mooie gele kleur en ook er zijn ook nog enkele andere struiken (waarvan ik de naam vergeten ben) die in de lente ook vol witte bloemetjes staan.
Ik had een reeks bloembollen in potten gezet op ons terras. Niet alles was even succesvol, maar de uitgebloeide (en niet tot bloei gekomen) exemplaren kregen intussen een plekje in volle grond. In een hoek van de voortuin zet ik alle bollen heel dicht bij elkaar zodat er in het voorjaar een dicht bloemenveldje kan komen. Er staan kleine narcissen, blauwe druifjes, tulpen, boshyacinten (die ik kreeg uit de tuin van mijn vader), wat krokussen,… en intussen ook al verschillende knolletjes vogelmelk die op de een of andere manier (wellicht via vogels?) in de voortuin terechtkwamen. De bodem is niet ideaal om veel andere planten te zetten omdat er heel veel boomwortels zitten die het onmogelijk maken om echt plantgaten te maken. Met de bloembollen in het voorjaar en enkele exemplaren van prikneus en duizendschoon in de zomer krijgt dit hoekje toch ook beetje kleur.
De voortuin blijft een uitdaging want door de vele beukenboomwortels kunnen ook hier geen grote plantgaten gegraven worden. Ik kies dan ook voor de optie om de natuur zo veel mogelijk haar eigen gang te laten gaan, maar die uiteraard wel een handje te helpen door wilde bloemenmengsels te zaaien, bodembedekkers te laten groeien (ook al gaat de trager dan op goede grond), en te kiezen voor soorten die tegen een stootje kunnen zoals prikneus. Zo nu en dan verhuizen er nog wat extra plantjes van mijn vaders tuin naar ons zodat er net iets sneller ook daar wat kleur verschijnt zoals het mooie blauw van de vergeet-me-nietjes.
Ik liet alle bloemen vorige zomer ook staan tot ze echt volledig waren uitgebloeid zodat ze hun zaadjes goed konden verspreiden. De miniviooltjes doen dat steevast super en verschijnen op steeds meer plekjes in de voortuin, ook de prikneus bloeide goed en zaaide zichzelf heel ruim uit. Op dit moment komen er zoveel prikneusjes uit dat ik zeker nog zal moeten uitdunnen. Ik blijk ook een nieuwe gast te hebben: een bosliefje (Nemophila), een allerschattigst blauw bloempje 🙂
Ook op het terras staan in tussen enkele potten met bloeiende planten en kruiden, klaar een de zomer op te fleuren met heerlijke kleuren en geuren 🙂
’t Is best wel fijn om de tuin zo te zien groeien en evolueren. Kunnen jullie daar ook zo van genieten?