Tag archieven: bloesem

Japanse kerselaars

Elk jaar is het weer uitkijken na de donkere periode naar het ontluiken van de lente. Het meest spectaculair vind ik telkens weer de bomen die hun bloesemkleed aantrekken en de toppers die elk jaar opnieuw de show stelen, zijn bij uitstek (na de magnolia’s) de Japanse kerselaars.
De Japanse sierkers (officiële naam Prunus serrulata) heet de boom eigenlijk, maar in Vlaanderen wordt ie steevast Japanse kerselaar genoemd. De soort komt van nature voor in Azië, meer bepaald in het gebergte van West-China, Korea en Japan, en op een reeks eilanden. Wanneer in Japan de prunus begint te bloeien, is dat de start voor het Hanamifeest, of kersenbloesmenfeest, een feestdag die gevierd wordt met picknicks tussen de bomen.

Bij ons bloeit de soort doorgaans eind april – begin mei, maar met de zachtere winters is dat moment intussen vaak al enkele weken vroeger. De bloemen zijn heerlijk dik en groeien weelderig op de takken, de bomen sieren vaak de hele straat, meestal aan twee kanten waardoor je bij de grotere exemplaren een heel mooi tunnel- of boogeffect kan krijgen.

De voorbije jaren gingen ook hier steeds meer mensen genieten van de bloeiende bomen en zie je steeds meer en vaker foto’s online voorbijkomen. De meest populaire plek in Gent is ongetwijfeld de Jozef Kluyskensstraat aan de Oude Bijloke, waar fotografen zowel met smartphone, reflexcamera’s als drones de mooiste plaatjes proberen schieten.

Wanneer ik die periode in de buurt ben, dan rij ik met plezier een straatje om en hou even halt om te genieten van de tijdelijke bloemenpracht.

Intussen hebben we, mede dankzij de vele wandelingen tijdens de lockdown, ontdekt dat we ook in onze huidige buurt meerdere plekjes hebben waar we van de bloeiende kerselaars kunnen genieten. En dus gooi ik hier ook een reeksje bloesemplezier online.

Kan jij ook zo genieten van de bloesems?

 

 

 

De tuin in april

De voorbije weken spendeerde ik toch al menig uur in de tuin, vooral in die van mijn vader eigenlijk, maar daar is dan ook heel wat werk te doen en dus steek ik hem een handje toe (ideaal trouwens om mijn hoofd tot rust te laten komen en ik mag er ook elke keer mijn voeten onder tafel steken voor een lekkere maaltijd van apero tot dessert).

De sierappelaar ziet er weer prachtig uit, zeker tegen een blauwe lucht zijn de bloemetjes eens zo mooi.

De tuin werd nog wat verder opgeruimd en lenteklaar gemaakt, er werd voorgezaaid en gespeend (thank heaven voor serretjes waarin het lekker warm is wanneer de temperaturen nog mager zijn, maar het zonnetje wel flink schijnt).

Op de aardbeienplanten in de hangpotten verschijnen de eerste vruchtjes al.

Intussen werden er ook al zomerbloeiers en erwten uitgeplant in de tuin, groente gezaaid, onkruid gewied (vooral dan door mijn vader, vaak uren aan een stuk), fruitdragers (bessenstruiken, aardbeienplanten en lage fruitboompjes) en vers gezaaide groente van een net voorzien om al te gretige vogels weg te houden, … En waar het kan, mogen ook in de groentetuin de bloemetjes blijven staan en worden de zaaibedden gewoon een beetje aangepast. De bijtjes zijn er alvast niet rouwig om.

 

In onze eigen tuin gaat het allemaal iets trager, er staat hier ook geen serre of veranda waarin we kunnen voorzaaien dus wacht ik tot het warm genoeg is om meteen buiten te zaaien (en dat viel dit jaar een beetje tegen in april) 😉

De forsythia’s en de krentenboompjes zijn intussen uitgebloeid, maar de brem toont intussen zijn mooie gele kleur en ook er zijn ook nog enkele andere struiken (waarvan ik de naam vergeten ben) die in de lente ook vol witte bloemetjes staan.

Ik had een reeks bloembollen in potten gezet op ons terras. Niet alles was even succesvol, maar de uitgebloeide (en niet tot bloei gekomen) exemplaren kregen intussen een plekje in volle grond. In een hoek van de voortuin zet ik alle bollen heel dicht bij elkaar zodat er in het voorjaar een dicht bloemenveldje kan komen. Er staan kleine narcissen, blauwe druifjes, tulpen, boshyacinten (die ik kreeg uit de tuin van mijn vader), wat krokussen,… en intussen ook al verschillende knolletjes vogelmelk die op de een of andere manier (wellicht via vogels?) in de voortuin terechtkwamen. De bodem is niet ideaal om veel andere planten te zetten omdat er heel veel boomwortels zitten die het onmogelijk maken om echt plantgaten te maken. Met de bloembollen in het voorjaar en enkele exemplaren van prikneus en duizendschoon in de zomer krijgt dit hoekje toch ook beetje kleur.

De voortuin blijft een uitdaging want door de vele beukenboomwortels kunnen ook hier geen grote plantgaten gegraven worden. Ik kies dan ook voor de optie om de natuur zo veel mogelijk haar eigen gang te laten gaan, maar die uiteraard wel een handje te helpen door wilde bloemenmengsels te zaaien, bodembedekkers te laten groeien (ook al gaat de trager dan op goede grond), en te kiezen voor soorten die tegen een stootje kunnen zoals prikneus. Zo nu en dan verhuizen er nog wat extra plantjes van mijn vaders tuin naar ons zodat er net iets sneller ook daar wat kleur verschijnt zoals het mooie blauw van de vergeet-me-nietjes.

Ik liet alle bloemen vorige zomer ook staan tot ze echt volledig waren uitgebloeid zodat ze hun zaadjes goed konden verspreiden. De miniviooltjes doen dat steevast super en verschijnen op steeds meer plekjes in de voortuin, ook de prikneus bloeide goed en zaaide zichzelf heel ruim uit. Op dit moment komen er zoveel prikneusjes uit dat ik zeker nog zal moeten uitdunnen. Ik blijk ook een nieuwe gast te hebben: een bosliefje (Nemophila), een allerschattigst blauw bloempje 🙂

  

Ook op het terras staan in tussen enkele potten met bloeiende planten en kruiden, klaar een de zomer op te fleuren met heerlijke kleuren en geuren 🙂

’t Is best wel fijn om de tuin zo te zien groeien en evolueren. Kunnen jullie daar ook zo van genieten?