Maandelijkse archieven: september 2020

Brantôme, het Venetië van de Périgord

Ook deze zomer reisden wij zoals we het graag doen: logeren in een hotel (formule kamer met ontbijt en de rest van de maaltijden bekijken we wel) met zwembad. Dagelijks enkele bezoekjes op de planning (een stadje, dorpje, museum, …) en in de loop van de dag terugkeren naar het hotel voor een duik in het zwembad en wat ontspannende lectuur. Aanvankelijk staken we onze dagen vrij vol, intussen zijn we geleerd dat ook eens enkele uren ontspanning aan het zwembad zowel voor Maya als voor ons wel aangenaam is. De volgende blogposts vormen een oplijsting van de verschillende bezoekjes die we deden, het ene al wat uitgebreider dan het andere, het ene al een grotere klassieker en meer voor de hand liggend dan de andere … we verbleven al enkele keren in de Dordogne maar nog steeds valt er van alles te zien en te ontdekken. Hopelijk kan het jou inspireren wanneer je zelf eens dit stukje van la douce France zou verkennen 🙂

Brantôme ligt in de Perigord Vert ten noorden van Périgueux en wordt ook wel het Venetië van de Perigord genoemd. Water is er in elk geval aanwezig, de plek is o.a. daardoor duidelijk ook populair bij kajakkers (de parking bij de vertrekplaats is er behoorlijk groot voor een relatief klein dorp maar gelukkig vonden we er toch nog een plekje). De Dronne is er niet diep maar ondanks de droge zomer stond er nog steeds water en gleden de bootjes rustig voorbij (al bleven ze ook wel eens steken). Er ligt ook een kanaal, al aangelegd door de Benedictijnen in de 16de eeuw, en de pelgrims naar Santiago de compostella hielden al halt in Brantôme sedert de 11de eeuw omwille van een bron waaraan helende krachten werden toegewezen. De laatste grote overstroming dateert gelukkig al van 1944 en spoelde de laatste muren van de tuin van de monniken weg.

Sinds de achtste eeuw staat er een abdij, deels uitgehouwen in de rotsen, de monniken leefden en verbleven hier tot aan de Franse Revolutie. Brantôme was een versterkte stad in de middeleeuwen en wisselde verschillende keren van eigenaar tijdens de Honderdjarige Oorlog, tussen de Engelsen en de Fransen. Je vindt er ook huizen uit de 16de en 17de eeuw, ruïnes van een grote molen en een hotel, ontworpen in 1930 maar nooit afgewerkt vanwege de oorlog.

We maakten een wandeling door het dorp, genoten van de omgeving, de gebouwen, het water en het groen en dronken er nog iets op een terrasje.

 

Openmonumentendag 2020 – Steengoed

Openmonumentendag is een evenement waar we graag aan deelnemen. Op die dagen proberen  altijd wel iets moois te ontdekken en het aanbod in Vlaanderen is echt wel ruim wat dat betreft. Door Corona moest de editie van dit jaar anders worden aangepakt want veel volk in kleinere ruimtes dat is nu beslist geen goed idee. Er werden digitale bezoeken mogelijk gemaakt en extra wandel- en fietstochten uitgewerkt.

De geschiedenis van Gent is zoveel meer dan de grote, historische gebouwen. Ook minder bekend bouwkundig erfgoed vertelt het verhaal van een stad. Omdat heel wat erfgoedkundige parels onder de radar bleven, licht ‘Steengoed Gent’ er jaarlijks enkele uit. In 2020 staat naoorlogse architectuur in de kijker. Er werd een kaart gemaakt waarop 200 architecturale pareltjes van naoorlogs erfgoed verzameld werden. Woningen en panden gebouwd door architecten die een duidelijk visitekaartje hebben nagelaten, woningen die er tientallen jaren later nog steeds modern uitzien, die toen al kenmerken hadden die heel vooruitstrevend waren (grote ramen, splitlevels, open ruimtes, …).  Je kan niet direct een pand bezoeken maar al wandelend of fietsend wel mooie plekjes en architectuur ontdekken, helemaal ons ding dus 🙂

 Op zondagmiddag 13 september verkenden wij een stukje van de Steengoedkaart, meer bepaald de omgeving van Mariakerke. Het weer was ideaal om er met de fiets op uit te trekken. Soms is het wel wat zoeken om de panden te vinden (je moet zelf een route uitstippelen en de huizen staan met een nummer gemarkeerd op de kaart, maar voor het exacte adres moet je even zoeken naar het corresponderende nummer op de andere kant van de kaart). Gelukkig hing er bij de veel van de geselecteerde woningen wel een lint of een sticker en na enige tijd begonnen we ook wel een bepaalde lijn / stijl te herkennen ;-).

Sommige woning kon je vanop de straat mooi zien staan, andere zaten nogal verstopt achter een hoge haag, struiken of bomen wat een beetje jammer was maar dat kan je de bewoners niet echt kwalijk nemen. Aan enkele woningen was de toegang duidelijk afgebakend, bij andere hielden wij sowieso spontaan wat meer afstand wanneer we zagen dat de bewoners thuis waren.

Toen we het lijnenspel van een bepaalde woning aan het bekijken waren, kwam de bewoonster toevallig buiten en gaf ze ons even een inkijk in de verborgen (en verrassend grote) tuin. Super vriendelijk van haar en ook wel leuk om op die manier toch een stukje van het verhaal van de woning en de (nog oorspronkelijke) bewoners te weten te komen 🙂

Het laatste pand op onze tocht bleek zowaar een woning te zijn waarvan we de eigenaars kenden (en ze waren thuis)! Qua afsluiter extra leuk dus: met een koffietje in de tuin luisteren naar verhalen over architectuur en hun ervaringen, … en daarna terug met de fiets naar ons eigen huis.

Aangezien het op maandag en dinsdag een echte Indian Summer was, stopte ik iets vroeger met werken en gingen we ook in Sint-Denijs-Westrem op verkenning.

Geen erfgoed maar wel frappant in het landschap 😉

Wanneer ook de wagen op de oprit vintage is 🙂

Langs het fiets/wandel/ruiterpad op de Oude Spoorwegbedding van het ene naar het andere deel van Sint-Denijs-Westrem

De overzichtskaart staat ook online, je kan dus gerust zelf nog even een kijkje gaan nemen, ook al is Openmonumentendag officieel al voorbij.

 

Onze OMD-uitstapjes van de voorbije jaren lees je via onderstaande linken:

OMD2015  in Gent
OMD2017 in Izegem en Waregem
OMD2018 in Gent

Financiers

Een financier is een gebakje op basis van amandelen, suiker en bloem. Je kunt ze zonder garnituur eten of met frambozen om je dessert een kleurrijk tintje te geven.
Je hebt er enkel eiwit en geen eigeel voor nodig, ideaal dus wanneer je eiwitten over hebt van andere recepten. Dat eiwit kan je trouwens perfect in de diepvries bewaren. Noteer zeker hoeveel eiwitten er in de portie zitten want de vergeet je anders 😉

Ingrediënten
150 g amandelpoeder
75 g bloemsuiker
60 g bloem
120 g eiwit
150 g boter
Enkele frambozen (optioneel)

Bereiding
  • Giet het amandelpoeder, de suiker en de bloem in een kom en meng goed door elkaar.
  • Maak een beurre noisette door de boter op een matig vuur te laten smelten in een steelpan en lichtjes te laten kleuren. De gesmolten boter begint te schuimen. Roer erdoor met een houten spatel. Na 30 seconden begint de boter te sissen, ze krijgt een lichte kastanjebruine kleur, geeft een hazelnootgeur af en stopt met schuimen. De beurre noisette is klaar. Je mag het vuur uitzetten.
  • Filter de beurre noisette met een zeef.
  • Giet de gezeefde boter in de kom.
  • Voeg de eiwitten toe en meng.
  • Giet het deeg in de garneerspuit en beboter de bakvormpjes indien nodig.
  • Vul ze voor ¾ om te voorkomen dat ze overlopen tijdens het bakken.
  • Stop indien gewenst een framboos in de financiers.
  • Zet ze 15 minuten in de oven op 180 graden.

Even laten afkoelen en klaar om van te genieten 🙂

Wandelen

Door de lockdown gingen we wandelen in onze buurt en leerde ik – samen met Maya – die buurt op een andere manier kennen. Ik genoot van de wandelingen en zij ook, dus deden we dat tijdens de zomermaanden regelmatig verder. Toen startte het nieuwe schooljaar met (voorlopig) alle dagen les en meteen heel wat schoolwerk maar ook een dagelijkse fietstocht van en naar school, 2u Lichamelijke Opvoeding per week, plus ropeskipping en paardrijden. Beweging genoeg dus voor haar terwijl ik voorlopig nog steeds vooral van thuis uit werk en dus doorgaans veel te weinig beweging heb.

Vanuit het werk worden extra inspanningen gedaan om ons o.a. te stimuleren te blijven bewegen, een wandelchallenge ‘vanuit je kot’ is er daar eentje van: over de middag een uurtje gaan wandelen (alleen of eventueel met een collega, op veilige afstand van elkaar) en die ervaring delen. Het gaf me net dat duwtje dat ik nodig had de voorbije week om toch alleen te vertrekken en het zonnetje deed de rest 😉

Ik startte langs de snelweg (drinkbus deze keer wel meegenomen, al vaak vergeten) en maakte me de bedenking hoe die er in het begin van de lockdown soms minutenlang helemaal leeg bij lag, nauwelijks te geloven eigenlijk…

… maar zat na een tiental minuten stappen al gauw in landelijker en rustiger gebied…

zag best wel wat bloemetjes onderweg…

en maïs langs landelijke wegen…

maar ook een biologische zelfoogstboerderij

kreeg bijna een kastanje op mijn hoofd, zag heel wat vlinders en de overzet over de Leie maar de veerman was er niet want die had net zijn middagpauze, zou hij  dan ook een wandelingetje maken? 😉

ik nam nog wat foto’s …

en stapte toen terug naar huis. Een uurtje gewandeld, zowat 8000 stappen gezet en enkele tientallen foto’s genomen, meer moet dat niet zijn om te ontspannen, te bewegen en te genieten 🙂

 

 

Puy du Fou

Het voorbije jaar las ik toevallig (?) een drietal keer een review over een bijzonder themapark in Frankrijk dat heel hoog scoort op internationale rankings voor pretparken maar toch helemaal anders is. Wij zijn geen grote pretparkbezoekers maar een park als dit sprak me wel aan en dus namen we het op in onze zomervakantieplanning van 2020. Corona stak bijna stokken in de wielen maar uiteindelijk konden we toch gaan en het park bezoeken mits de nodige voorzorgsmaatregelen: mondmasker dragen, regelmatig handen ontsmetten (ruim voldoende ontsmettingszuilen aanwezig trouwens) en aangezien het park toch te groot is om op één dag te bezoeken, beperkten wij ons tot de evenementen die buiten doorgingen.

Puy du Fou is een geschiedkundig themapark in Les Epesses, in het Franse departement Vendée ; qua bezoekersaantallen het tweede park van Frankrijk (na Disneyland Parijs) en het dertiende van Europa!
Het park is volledig gebaseerd op shows, waardoor het heel verschillend is van de meeste attractieparken. Er zijn zeven hoofdshows, die elk ongeveer 30-40 minuten duren en daarnaast zijn er nog een reeks kortere nevenshows (van 8 tot 20 minuten), deels buiten en deels binnen. De meeste shows gaan meerdere keren per dag door, maar kunnen dagelijks van startuur wisselen. Er is een app beschikbaar die je helpt om een programma samen te stellen en bij de ingang staan dagelijks nieuwe plannetjes met het uurrooster van die dag. Een beetje voorbereiding is nuttig om te vermijden dat je teveel van hot naar her moet lopen. De buitenlocaties zijn ruim, maar voor de grotere optredens ben je toch best een half uur op voorhand aanwezig (zeker op drukke dagen).

Elke (buiten)locatie is erg mooi ingekleed, de zone van het optreden maakt ook doorgaans deel uit van een groter geheel: het verhaal van de Vikings speelt zich af in een (afgesloten) gereconstrueerde vesting die op zich weer deel uitmaakt van een dorp uit die periode. Het dorp is deels achtergronddecor voor de vesting/het optreden maar is vrij toegankelijk en heeft sfeervolle winkeltjes en eetplekken ‘in een historisch kleedje’. Het personeel in de restaurants en de winkeltjes draagt ook een aan de tijd aangepast ‘uniform’. Die aanpak deed me een beetje denken aan Paira Daisa waar elk werelddeel van het dierenpark ook in een passende context wordt gegoten (maar dan zonder matching outfit voor het personeel).

Een overzichtje van de zaken die wij bezochten:

Le Secret de la Lance vindt plaats voor de overblijfselen van een middeleeuws kasteel. Het verhaal gaat over een jonge herderin die alleen de hoofdtoren moet verdedigen tegen Engelse ridders, met de hulp van een lans met bovennatuurlijke krachten.

Het historische kader is zeker niet 100% correct maar de sfeer zit wel goed. Ik had gelezen dat er heel wat voormalige artiesten van Cirque du Soleil in dit park werken en dat wordt wel duidelijk wanneer o.a. de ruiters op het toneel verschijnen. Er wordt gesprongen en gedraaid dat het een lieve lust is. Ook met het decor wordt gewerkt: muren die verdwijnen en verschijnen (best indrukwekkende mechanische constructies), rook en vuurwerk, … we kijken onze ogen uit! De verhaallijn is beperkt en wordt enkel in het Frans gebracht, er zijn allusies naar Jeanne d’Arc maar zelfs voor wie niet begrijpt wat er verteld wordt, is het spektakel indrukwekkend en kan je de algemene verhaallijn wel min of meer volgen.

 

Le Grand Carillon is een kort optreden rond een achttiende-eeuwse klokkentoren, die 16 meter hoog is en 70 klokken telt. De toren ligt in een mooi dorpje met o.a. een huisje van een apotheker inclusief aangrenzende tuin waarin kruiden en planten groeien die toen gebruikt werden voor geneeskundige doeleinden, een lederwarenwinkeltje (waar ik me zowaar liet verlijden tot een kleine aankoop), een publieke wasplaats, enkele oude boerderijdierenrassen (waaronder een ezel die van ver bijna op een Galloway lijkt)…

Terwijl een jongedame het beste van zichzelf geeft op een carillon, duikelen enkele mannen langs touwen naar beneden en omhoog om extra klokken te luiden en vlaggen uit te hangen. Bekende muziekstukken uit verschillende momenten van de geschiedenis worden gespeeld, de kunst is uiteraard ze te herkennen 😉

 

Het verhaal van Les Chevaliers de la Table Ronde speelt zich af rond een waterburcht en brengt, uiteraard, kort het verhaal van de Ridders van de Ronde Tafel en koning Arthur. We zien Merlijn die een aantal tovertrucs uithaalt, Arthur die het zwaard uit de rots trekt, een slechte fee/heks en een goede zeemeermin, en andermaal een spectaculair stukje mechanica waarbij niet allen de ronde tafel maar zelfs een paard en ruiter uit het water verschijnen…

 

Vervolgens wandelen we richting amfitheater, voor de voorstelling Le Signe du Triomphe, waar Maya (en wij ook) toch wel het meest naar uitkeken. De show gaat door in een replica van een amfitheater dat 115 meter lang en 75 meter breed is. Het creëert de Gallische sfeer tijdens de Romeinse tijd. Het verhaal speelt zich af ten tijde van keizer Diocletianus, toen er grote onrust was in het Romeinse rijk.

De voorstelling brengt veel inhoud op korte tijd (ook al is ze met 40 minuten de langste op ons programma) zeker wanneer je toch iets weet van de Romeinse periode. We kijken onze ogen uit van bij de start: nog nooit zag ik een troep ganzen zo mooi in de pas lopen in een parade 😉

De verschillende types gladiatoren zijn heel herkenbaar, de gevechten uiteraard nep maar zo doen erg hun best om het er zo realistisch mogelijk te laten uitzien (zo nu en dan zien we (nep)bloed rondvliegen).

Ik was toch wel onder de indruk van de paardenrennen: 4 vierspannen racen verschillende rondjes in de arena en er gebeuren ook – uiteraard geënsceneerd maar goed gedaan – enkele ongevallen: een wiel breekt af bij één van de spannen, een ander span rijdt over een boomstam en breekt, … het moet in de tijd van de Romeinen toch wel wat geweest zijn die spelen.

Maya hield wel vooral de paarden in de gaten om te zien hoe die liepen (ik kreeg uitleg over galop en contragalop en de noodzaak hiervan om ervoor te zorgen dat alle dieren in het span ‘op dezelfde lijn’ blijven lopen want die in de binnencirkel heeft een kortere afstand te lopen dan die in de buitencirkel).

Verrassend moment wanneer er een extra metalen bescherming wordt uitgestoken rondom de tribunes en er effectief wilde dieren verschijnen in de arena. De witte leeuw is bijzonder (ook al is hij vooral lui en geeuwt hij ipv te grollen wanneer hij op de kooi met de krijgsgevangenen springt maar het beeld klopt wel), ook enkele leeuwinnen verschijnen op de scene en moeten de krijgsgevangenen bedreigen (al zijn ze vooral een beetje loom door de warmte).

 

Na de indrukwekkende voorstelling van de (Gallo)romeinen trekken we naar het kamp van de Vikings. Deze voorstelling speelt zich af in een gereconstrueerde 1000 jaar oude vesting die door een Vikingboot wordt aangevallen.

Andermaal kijken we onze ogen uit. Er valt weer heel wat te beleven en opnieuw zijn er verschillende dieren van de partij: paarden, honden, superschattige varkentjes, zelfs enkele roofvogels … en sommige doen behoorlijke verrassende dingen (ik mag niet alles verklappen natuurlijk 😉 )

De invasie van de drakkars is spectaculair: eentje komt er naar beneden glijden (van achter/langs het publiek), de tweede boot ‘ontplooit zich’ en stijgt letterlijk op uit het water. Er blijken zowaar levende soldaten op te staan (die hun adem toch wel lang moeten kunnen inhouden of stiekem ergens een zuurstofflesje onder hun kledij zitten hebben).

 

Omdat het mooi in ons schema paste, besluiten we ook naar Le Bal des Oiseaux Fantômes te gaan, een roofvogelshow in de ruïnes van een oud kasteel. Ik verwachtte me aan een voorstelling zoals ze die ook in Paira Daisa geven maar hier was er duidelijk meer ruimte voor een sprookjesachtig verhaal en beschikken ze bovendien over nog meer dieren om in de show op te voeren. Letterlijk tientallen roofvogels stijgen op uit de ruïnes en vliegen laag over de hoofden van de bezoekers. In totaal komen er ongeveer 100 roofvogels voor in deze show.

 

En passant pikten we ook nog de korte voorstel Les Grandes Eaux mee, een fonteinshow, vergelijkbaar met die van het kasteel van Versailles. De afsluitende (laat)avondvoorstelling op het water, een combinatie van fonteinen, muziek en licht deden we uiteindelijk niet meer omdat we dan toch met een ‘gat’ in ons programma zaten, er na de stralende zomerdag wat regenwolkjes kwamen opzetten en we de volgende dag tijdig en uitgerust wilden vertrekken richting Dordogne.

 

Vinden wij dit park een aanrader? Ja, echt wel!
Ik had een beetje schrik voor te drukke toestanden, het park kan immers echt heel veel volk ontvangen maar door corona was het er toch minder druk en konden we eigenlijk vrij goed afstand houden (zelfs toen we in de wachtrijen stonden ), de mondmaskerrichtlijnen (verplicht tijdens de voorstellingen, wenselijk algemeen in het park) werden doorgaans goed opgevolgd en overal stond ontsmettingszuilen.

Zelf ook zin gekregen om eens een bezoekje te brengen aan het park? Alle info lees je op https://www.puydufou.com/nl

En nog een weetje om af te sluiten: Puy du Fou heeft een samenwerking lopen met de Efteling voor de show Ravelijn. Wie die show al zag, kan zich zo een beetje voorstellen hoe het er aan toe gaat in het Franse park.