Categorie archieven: woord in beeld

Bezigheden tijdens de donkere dagen

Gewerkt & Gestudeerd

Sinds vorig jaar is de kerstvakantie eigenlijk geen echte vakantie meer, want samen met het weekje ervoor telt deze periode als blok voor de semesterexamens van januari. Bij UGent spreken ze trouwens van kerstreces en niet van kerstvakantie. En dus werd er dagelijks vlijtig gestudeerd, de ene dag misschien met meer animo dan de andere, maar met volharding van haar kant en de nodige motivatie en steun (of minstens pogingen tot) van mijn kant. Het werkeiland in de keuken werd intussen ook een studeerplek.

Ik was sowieso beetje solidair met haar, want te veel deadlines en werk op de plank om tussen kerst en nieuw (wanneer het kantoor gesloten is) helemaal niets te doen. Regelmatig een paar uurtjes bijbenen zorgt er hopelijk voor dat ik januari en februari net iets beter voorbereid en met goed gevolg kan aanpakken.

Gewandeld

Door de blok en de examens enerzijds en het trieste winterweer anderzijds zitten we hoofdzakelijk thuis en binnen. Om de stress wat kwijt te geraken en de spieren toch een beetje soepel te houden, gaan Maya en ik regelmatig eens ‘een blokje rond’. Doorgaans is het zelfs het eerste wat ’s ochtends na het ontbijt op de planning staat. Kwestie van fris en monter aan de uitdagingen van de dag te kunnen beginnen. Daarnaast heeft ze zo nu en dan ook een ‘dogdate’ en dat doet haar ongelooflijk veel deugd.

Eén keertje gingen we (‘de ouders’) samen met een bevriend koppel (ook met studerende dochters in huis) wandelen in centrum Gent. Gewoon paar uurtjes rondlopen door straten waar we al lang niet meer geweest zijn, huizen kijken en ondertussen gezellig bijpraten en aansluitend nog genieten van een heerlijke koffie. Meer moet dat soms niet zijn om even de gedachten te verzetten. Tegen de middag trouwens alweer thuis om elk samen te kunnen lunchen met onze studentes

Gelezen

Ondanks de ‘vakantieweek’ geen nieuw boek gestart, ook al zaten er enkele in de pakjes onder de kerstboom. Het boek waarin ik wil beginnen, is nogal een dikke turf en aangezien ik in januari niet echt tijd zal hebben om te lezen, wacht ik liever nog even.

Ik gaf mezelf wel een voorzichtig hogere challenge in Goodreads voor 2025, benieuwd of met dat gaat lukken. Het zullen dan toch niet allemaal dikke exemplaren mogen zijn 😉

De voorbij week wel een (beperkte) screening gedaan van mijn kookboeken. Het zorgde ervoor dat ik wat extra inspiratie kreeg om te koken en ik overweeg om een aantal exemplaren weg te doen. Het heeft weinig zin in mijn ogen om een kookboek te houden waarvan ik weet dat ik er toch nooit een gerecht uit ga klaarmaken. Dan kan ik er eter iemand anders plezier mee doen, toch?

Gekookt

Uiteraard. Door het screenen van de kookboeken (zie hierboven) wel enkele nieuwe receptjes uitgetest: een lekkere dip op basis van feta en ricotta en een frisse bulgursalade met verse kruiden, groene appel en komkommer. Van het slaatje heb ik meerdere dagen kunnen genieten zonder dat de appeltjes bruin werden. Zal hier waarschijnlijk nog wel op tafel komen.

Beide recepten kwamen trouwens uit Claudia’s classics.

Gebakken

Er werd ook al eens gebakken. Ik probeerde het recept voor cheesecaketaart, ook uit Claudia’s Classics.

Daarnaast ook enkele porties (banana)pancakes, ideaal als tussendoortje voor de blokkende student :p

Gescreend en opGeruimd

Aangezien ik veel thuis was, er weinig op de sociale agenda stond, maar ik ook niet de hele tijd wou bezig zijn met mijn werk, besloot ik wat kleinere opruimklusjes te doen. Zo nu en dan een (deel van een) kast onder handen nemen en eens grondig kijken naar de inhoud, evalueren of er nog een reden is om de spullen te houden (of niet), sorteren en wat herschikken, ik word daar wel blij van ja. Ik ben absoluut geen Marie Kondo, maar van tijd tot tijd wat inboedel screenen en ontspullen, dat doe ik wel graag. En dus ging ik o.a. eens door mijn kookboeken (zie hoger) en liggen er nu enkele exemplaren opzij om naar de boekenruilkast te brengen. Diezelfde kast waar we ook al enkele fijne boeken op de kop konden tikken.

Ik gooi trouwens zelden snel zaken weg. Zo gebruikte ik tot nu de radio-cdspeler uit mijn studententijd (en die ligt toch al erg lang achter mij) want het toestel werkte nog. Toen de Cd-speler in december de geest gaf, brachten we het toestel naar een elektrozaak in de buurt waar je defecte huishoudtoestellen mag inleveren (dat ging sneller dan een bezoek aan het containerpark inplannen). In de plaats kwam een kleiner, leuk retromodelletje waar ik heel blij mee ben (en waar we ook via bluetooth muziek kunnen op afspelen, al denk ik niet dat wij dat vaak zullen doen, maar Maya vindt het wel een fijne optie).

Gekeken

Schoonheid zit vaak in kleine dingen. Daarom kijk ik zo graag naar zonsopgangen en -ondergangen, ik kan daar oprecht gelukkig van worden. Door het grijze weer waren ze eerder zeldzaam deze winter, maar intussen konden we toch al van enkele mooie momenten genieten.

Ook de zaterdagochtendwandelingen naar het grootwarenhuis of de lokale middenstand zijn momentjes van vertraging waarbij ik kan genieten van de kleine dingen die ik zie wanneer de dag nog maar pas begonnen is.

Elzas – Vitrahaus

Quasi op het drielandenpunt van Frankrijk, Zwitserland en Duitsland, op het grondgebied van Duitsland, in Weil-am-Rhein, ligt de Vitracampus. Vitra is een naam als een klok, een designklok. Toen we in het voorjaar van 2019 na een citytrip Wenen via Frankrijk terug naar huis reden, maakten we hier al eens een tussenstop. Ik wist toen al dat we hier nog wel eenst terug zouden komen en dat een vakantie in de Elzas eigenlijk de perfecte uitvalsbasis is voor een tripje naar deze bijzondere plek. De foto’s zijn een combi van ons bezoek in april 2019 en september 2024.

De eigenaar van de meubelfabriek Vitra wilde oorspronkelijk een gebouw om zijn verzameling stoelen en andere meubels permanent tentoon te stellen. Uiteindelijk werd het (in 1989) een museum met ruimte voor tentoonstellingen en evenementen rond architectuur en ontwerpen. Het zwaartepunt van de collectie is een permanente tentoonstelling over meubels en interieurontwerpen. De basis werd gelegd na het overlijden van de Amerikaanse ontwerpers en architecten Charles en Ray Eames. Hun ontwerpen werden door Vitra geproduceerd en in Europa verkocht. De meubelverzameling bevat intussen ontwerpen van bijna alle bekende industriële ontwerpers, zoals George Nelson, Alvar Aalto, Verner Panton, Dieter Rams, Jean Prouvé, Michael Thonet en Gerrit Rietveld. Naast de meubelverzameling beschikt het museum ook over een bibliotheek en een archief met de nalatenschap van een aantal ontwerpers.

De hele site staat vol met gebouwen van wereldbefaamde architecten. Het hoofdgebouw van het museum is ontwerpen door Frank Gehry. Het gebouw voor de bedrijfsbrandweer van Vitra is een ontwerp van Zaha Hadid, een conferentiepaviljoen van de Japanner Tadao Ando, een tankstation ontworpen door Jean Prouvé …

In 2010 opende op de site het VitraHaus, de toonzaal van Vitra, met op de benedenverdieping de Vitra Design Museum Shop. Het Vitrahaus is een ontwerp van Herzog en de Meuron en lijkt wel een willekeurige stapeling van huizen. De blokken zijn echter perfect op elkaar gestapeld en in elkaar geschoven. De binnenkant is een passend geheel met heel veel daglicht en telkens weer prachtige uitzichten op de omgeving.

Het VitraHaus is dan ook zoveel meer dan een toonzaal, het hele gebouw ‘ademt’ modern design op een heel natuurlijke manier. Niet zo evident om te omschrijven, maar het is gewoon heerlijk om er rond te lopen en te genieten van de verschillende interieurs en ontwerpen.

Op een van de bovenverdiepingen (de VitraHaus Loft) mag een hedendaagse ontwerper voor een langere periode trouwens een studio inrichten met eigen ontwerpen. Op dit moment vind je daar het werk van Sabine Marcelis. Die waren niet altijd mijn ding qua materiaalkeuze, maar wel boeiend qua ontwerp.

In 2014 was de Vitra-collectie uitgegroeid tot ongeveer 6000 meubels en 1000 lampen. In 2016 opende op de Vitra Campus het Schaudepot. In dit gebouw is een permanente tentoonstelling van ongeveer ‘400 hoogtepunten uit de geschiedenis van het meubelontwerp van 1800 tot heden’ te bekijken.

In 2014 verscheen ook de 31 meter hoge Vitra Rutschturm van Carsten Höller. De stalen toren, een kunstwerk, fungeert als uitzichttoren met een spiraalvormige glijbaan.


Intussen kwam er op de site ook een prachtige plantentuin bij, in september was die wel al een beetje over haar hoogtepunt naar ze heeft er zonder meer heel kleurrijk uitgezien.

Het museum en het Shaudepot zijn betalend, het Vitrahaus kan je vrij bezoeken. Alle praktische info lees je op hun website: https://www.design-museum.de/de/informationen.html

Elzas – Colmar

Gelegen in het hart van de Elzas, is Colmar een stad die er een beetje uitziet als een plaatje uit een sprookjesboek: kleurrijke vakwerkhuizen, kronkelende straatjes en schilderachtige grachten, een mix van geschiedenis, cultuur en natuurlijke schoonheid.

We verbleven er in september 2 nachtjes in een hotel van de Accorgroep. We sliepen er erg goed en het ontbijtbuffet was uitstekend. Onze lunch werd een picknick en voor onze aankopen trokken we naar de lokale overdekte markthal, altijd leuk om te bezoeken en je kon er voldoende lekkers vinden :p

De eerste dag verkenden we de stad nog onder een bewolkte hemel. We zagen er uiteraard veel vakwerkhuizen en het opmerkelijke Maison Pfister (laatste foto in de reeks), een pareltje uit de renaissance dat op menig fototoestel wordt vastgelegd en daarnaast ook best veel groen en water doorheen de stad.

’s Avonds gingen de sluizen even open waardoor we snel een restaurantje binnen doken en kozen voor de lokale streekspecialiteit, tarte flambée.

De stad heeft ook zijn eigen petite Venise, met schilderachtige huizen langs de Lauch. We vonden er trouwens nog een heerlijk restaurantje (Les Batteliers – geen website, geen reservaties, maar wel elke avond aanschuiven voor een plekje) waar mijn vader jaren terug ooit heerlijke niertjes at (en dat kon er nu dus nog steeds, naast heel wat ander lekkers uiteraard).

We bezochten er niet het grote Musée Unterlinden, maar wel het geboortehuis (nu een museum) van de beeldhouwer Frédéric-Auguste Bartholdi, de ontwerper van het Vrijheidsbeeld. Best een boeiend verhaal om eens te leren kennen.
Aansluitend dronken we trouwens nog een heerlijke koffie in een leuke zaak met vintage inrichting vlak naast het museum.

Er hangt doorgaans wel een feestelijk sfeertje in de stad, en wie houdt van kerstmarkten zal hier in december zeker aan zijn trekken komen. Ook buiten de kerstperiode kan je er altijd wel terecht voor leuke geschenkjes, handgemaakte cadeaus en lokale lekkernijen. En aangepaste verlichting zorgt ’s avonds meteen voor extra sfeer en gezelligheid.
Wij genoten nu vooral nog even van de heerlijke zonnestralen om door de stad te flaneren, op ontdekking te gaan in de straten en wijken en uiteraard ook eens halt te houden om de kelen te smeren op een van de vele terasjes.

Even buiten de stad komt je meteen terecht in mooie landschappen. Colmar ligt aan de voet van de Vogezen en is omgeven door wijngaarden. Ideaal dus voor wie wil wandelen of fietsen in het groen, of voor wie – zoals wij deden – ook graag eens een bezoekje brengt aan een lokale wijnhandelaar, wij reden hiervoor naar Wettolsheim (helaas blijken die kleinere wijnboeren het steeds moeilijker te hebben om nog personeel te vinden en de concurrentie aan te blijven gaan met wijn uit andere gebieden en werelddelen). De oogsttijd van de druiven en het bijbehorende wijnfestival in de regio trekt echter nog steeds veel volk.

Kortom, Colmar en omgeving is een regio die veel te bieden heeft, of je nu fan bent van geschiedenis, kunst & cultuur, gastronomie of natuur, voor elk wat wils en helemaal niet zo ver van Vlaanderen wat het ideaal maakt voor een korte vakantie.

Meer inspiratie opdoen kan je altijd via deze website: https://www.visit.alsace/nl/colmar/

Berlijn – dingen die ik zag en tips om te eten

Het liefst van al loop ik gewoon rond in een stad om ze beter te leren kennen en ook onverwachte dingen te ontdekken. Dat kan gaan van street art over een bijzonder gebouw of een leuk winkeltje, … soms staan ze vermeld in een reisgids of zag ik er al iets over voorbijkomen op de socials, maar soms zijn het ook gewoon dingen die we zelf ontdekken of waar mijn oog op valt op dat moment. Dat zijn de kleine sprinkels, de kersen op de taart of hoe je het ook noemen wilt. Ik geef er hier nog enkele mee van onze citytrip deze zomer.

Winkels en window shopping

We zijn geen uitgebreide shoppers, maar een winkeltje met de supertoffe Ampelmann merchandising (Ampelmann = het figuurtje in het verkeerslicht) of een iconisch warenhuis zoals KaDeWe (Kaufhaus des Westens) dat wil ik wel eens gezien hebben. En los daarvan kan het ook een snelle oplossing om even de regen te ontwijken en zo brengen we soms toch nog onverwachte aankopen mee van vakantie (zoals een zomers hemdje voor Maya en een paar sokken voor mij van een winkel in uitverkoop). De Legostore eens binnenlopen, is sowieso leuk omdat ze er vaak hele mooie lokaalgebonden opstellingen hebben, zoals hier o.a. de Brandenburger Tor en een Trabantje door de Berlijnse muur.

Overal en nergens

Reclameborden, straatnaamborden en andere verkeersborden, maar ook werkmannen in flashy roze outfit, mooie streetart en vintage Trabantjes trokken mijn aandacht en zorgden voor een vrolijke noot onderweg.

Eten en drinken

Uiteraard werd ook de inwendige mens niet vergeten. We hadden het geluk in een prachtig hotel te kunnen logeren met een gigantisch uitgebreid buffet waar we onze buikjes meer dan rond konden eten en een lunch doorgaans schrapten, maar vervingen door een koffie ergens onderweg (koffiebar, broodhuis, maar even goed op een tof ecologisch marktje waar we toevallig langs liepen) om dan ’s avond opnieuw een eetplek te zoeken. In een grootstad is dat doorgaans niet zo moeilijk en met Google Maps en Trip Advisor kan je vlot een doorgaans goede keuze maken. Zo bleek er vlak naast ons hotel ook een restaurant te zitten waar we heerlijk konden eten (en de vis nog vers in de toonbank lag voor de liefhebbers, maar ook niet vis-eters konden er prima aan hun trekken komen). We aten ook erg lekker in gezellig eethuis een beetje verder in de buurt.
En iemand in ons gezelschap moest en zou eens een Bratwurst van een kiosk proeven, het ziet er niet zo heel smakelijk uit op de foto, maar het was blijkbaar best oké 😉

Architectuur en gebouwen met een verhaal

Al wandelend door de stad liepen we langs heel wat gebouwen met een verhaal, soms een ontdekking die we niet in een reisgids hadden gevonden zoals het prachtige Shellhaus (meer lezen kan o.a. op wikipedia).
Aan veel oorlogsverhalen hadden we niet meteen behoefte, maar toch hielden we even halt op de contemplatieve binnenkoer van het German resistance memorial center.
De Neue Nationalgalerie, met 20ste eeuwse Amerikaanse en Europese kunst, trok vooral onze aandacht omwille van het ontwerp door Mies van der Rohe.
En soms spring je onderweg gewoon ergens een cultuurhuis binnen (omdat je behoefte hebt aan een sanitaire stop) en geniet je even van de schoonheid van het gebouw en de lichtinstallatie die er op dat moment staat 😉
Op weer een andere plek liepen we plots lang Hotel Berlin, Berlin waar ik 10 jaar geleden met mijn zusje logeerde toen ze me trakteerde op een citytrip Berlijn wegens een nieuwe voordeur.
De Kaiser Wilhelm Gedächtniskirche staat dan weer bekend om zijn unieke architectuur, met een opvallende wafelstructuur aan de buitenkant en prachtige blauwe glas-in-loodramen binnenin. De kerk is een herdenkingskerk die na de Tweede Wereldoorlog werd herbouwd. Het moderne ontwerp van de nieuwe kerk, naast de ruïnes van de oude, symboliseert zowel de verwoesting van de oorlog als de wederopbouw en hoop voor de toekomst.
Er vallen ook verschillende mooie panden te spotten in de laan naar Schloss Charlottenburg.
En eveneens interessant om eens langs te lopen, vonden we de Hansawijk, een bijzonder stadsdeeltje dicht bij de Tiergarten en de Spree. Met boeiende architectuur en een leuk ecologisch marktje waar we een lekkere koffie dronken.
Onze laatste dag was meteen de mooiste en dus genoten we ook gewoon even op een bankje langs de Spree van de zon en de boten die voorbij kwamen. Soms moet het ook niet meer zijn dan dat 😉

Musea in Berlijn (deel 2) – Das Panorama

Eigenlijk hadden we tijdens ons verblijf in Berlijn deze zomer een bezoek aan het Pergamommuseum in gedachten. Dat museum heeft een uitgebreide collectie Assyrische, Babylonische, Perzische en islamitische kunstwerken. Je vindt er enkele indrukwekkende stukken uit de oudheid:

  • het Pergamomaltaar, afkomstig uit de oude stad Pergamom (nu in Turkije). Het altaar dateert uit ongeveer 180 v.Chr. en heeft een indrukwekkend reliëf waarop de strijd tussen de goden en de giganten uitgebeeld wordt
  • de Marktpoort van Milete: een Romeinse poort die diende als toegang tot de marktplaats van de oude stad Milete
  • de Ishtar Poort: oorspronkelijk uit Babylon, één van de meest indrukwekkende monumenten. De poort, gewijd aan de godin Ishtar, is versierd met prachtige blauwe tegels en reliëfs van dieren.

Helaas is het museum voor langere tijd gesloten wegens een heel grondige en noodzakelijke renovatie. Gelukkig was er een alternatief waardoor we toch nog een stukje konden proeven van de grandeur uit de (voor ons toch iets minder bekende) oudheid: Das Panorama, waar je op een unieke manier de antieke stad Pergamon kan ervaren. Meesterwerken uit de oude stad worden er gecombineerd met een indrukwekkend 360°-panorama van kunstenaar Yadegar Asisi.

De tentoonstelling bevat ongeveer 80 belangrijke werken, waaronder delen van het beroemde Telephosfries uit het altaar (origineel en een reconstructie gemaakt met AI die de ontbrekende en verloren gegane beelden opnieuw invult). Deze werken geven een inzicht in de kunst en cultuur van het oude Pergamon. Naast de historische artefacten, biedt de tentoonstelling ook verschillende installaties en nieuwe tekeningen van Asisi.

Je stap als het ware binnen in het jaar 129 na Chr. en ontdekt Pergamon tijdens de Romeinse keizertijd. Het panorama biedt een schitterend uitzicht op de stad, compleet met levendige details en historische nauwkeurigheid. Door het spel van licht en geluid krijg je de stad te zien van bij het ontwaken in de vroege ochtend tot diep in de nacht.

Het is behoorlijk indrukwekkend om als het ware in een reusachtige kijkdoos binnen te stappen en op verschillende niveaus halt te houden en om je heen te kijken, terwijl je langs alle kanten omgeven wordt door het beeld van een levendige stad uit de oudheid. De detailgraad is erg groot en het subtiele klank- en lichtspel maakt de beleving nog sterker.

Na de restauratie en heropening breng ik met plezier een bezoekje aan het Pergamommuseum, maar het Panorama was voor nu zeker een mooie vervanger.

Alle praktische info over Das Panorama lees je hier: https://www.smb.museum/museen-einrichtungen/pergamonmuseum-das-panorama/besuch-planen/adresse/
Wil je meer te weten komen over het Pergamommuseum, lees dan verder op deze pagina.

Musea in Berlijn (deel 1) – Neues Museum

Berlijn telt heel wat musea en voor de bekendste hoef je zelfs niet ver te lopen, want die liggen allemaal bij elkaar op het Museuminsel (of het museumeiland) in de rivier de Spree. Het is zelfs één van de belangrijkste museumcomplexen ter wereld en staat sinds 1999 op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Zonder een museum binnen te lopen, is deze plek dus al de moeite van een bezoekje waard wanneer je in Berlijn bent 😉

Wij deden een beetje van beide: liepen rond in de omgeving van het Museuminsel en gingen ook hier en daar eens binnen, zij het beperkt omdat we ook gewoon graag buiten rondlopen om een stad te ontdekken 🙂

Neues Museum 

Het Neues Museum is vooral bekend voor zijn uitgebreide Egyptische tentoonstelling en de papyruscollectie, maar bevat ook het Museum voor Prehistorie en Vroege Geschiedenis en de Collectie Klassieke Oudheden.

Boeiend hoe trouwens nieuwe delen geïntegreerd werden in het bestaande gebouw en er oude, door de oorlog beschadigde muren mee opgenomen werden in dat nieuwe geheel zonder ze te verbergen. Ook het museumgebouw zelf vertelt op die manier een verhaal.

De Egyptische tentoonstelling en vooral de 3.000 jaar oude buste van de Egyptische koningin Nefertiti is een van de meest populaire bezienswaardigheden van Berlijn (van die laatste mag je trouwens geen foto nemen en daarover wordt heel streng gewaakt). Het is echt een uitgebreide en mooie collectie waardoor je je soms afvraagt wat er nog overgebleven is van mooie stukken in Egypte zelf wanneer je ziet hoeveel moois hier ligt.

Na de uitgebreide Egyptische collectie deden we ook de rest van het museum dat zeker even interessant, boeiend en verrassend was. We zagen er o.a. echt mooie juwelencollecties en een wel heel bijzonder, trompetachtig instrument uit lang vervlogen tijden dat ik nog nooit gezien had. Ook over de ‘goldene Hüte’ uit de Bronstijd had ik nog nooit iets gelezen of gehoord, maar blijkbaar zijn ze enorm zeldzaam en is er maar heel weinig over bekend, dus misschien is dat niet zo verrassend 😉
Ook leuk was de reactie van Maya die als student diergeneeskunde plots op een heel andere manier naar skeletten kijkt en meteen begon te zoeken naar wat ze al/nog kende en waarover ze een extra woordje uitleg kon geven.

Uiteindelijk liepen we toch een aantal uren rond in het museum en we zijn zeker niet bij elk infobord blijven staan om het te lezen. Wat ons betreft zeker een aanrader wanneer je van Egyptische kunst houdt, maar ook de andere collecties waren meer dan de moeite.

Alle praktische info over het Neues Museum lees je hier: https://www.smb.museum/en/museums-institutions/neues-museum/home/

Schloss Charlottenburg

Als je van paleizen houdt, dan moet je in Berlijn zeker een bezoekje brengen aan Schloss Charlottenburg. Het stamt uit de tijd van Pruisische vorsten en werd gebouwd eind 17de eeuw in opdracht van Sophie Charlotte, echtgenote van keurvorst Frederik III die later koning van Pruisen zou worden. Het slot was oorspronkelijk bestemd als zomerhuis voor Sophie Charlotte, later (na haar dood) zou het worden uitgebreid met een orangerie, de kenmerkende koepel en nog later met een volledig nieuwe oostelijk vleugel. 

De paleistuin is eigenlijk een groot publiek park van 55 hectare dat vrij toegankelijk is en graag gebruikt wordt door de Berlijners om te wandelen, de hond uit te laten, te joggen, te picknicken, … Omdat het er later op de dag nog regen voorspeld werd, verkenden wij eerst het park.
Direct achter het paleis liggen de barokke tuinen in Franse stijl, de eerste barokke tuin in Duitsland die naar Frans voorbeeld werd aangelegd. Het achterste gedeelte van het park is net het tegenovergestelde. Hier vind je kronkelweggetjes, een natuurlijk grasveld en hoge bomen, veel meer Engelse stijl.

In het natuurlijker deel van het park hadden we een onverwacht leuke ontmoeting met hongerige en vooral nieuwsgierige eekhoorntjes en koolmeesjes. Het zorgde ervoor dat we ons een hele tijd lieten entertainen en probeerden deze vliegensvlugge diertjes op foto en film vast te leggen. Een superschattige terriër kwam een de idylle verstoren, al was het beestje zelf eigenlijk ook een streling voor het oog en uitermate gehoorzaam. Maya maakte tientallen foto’s, ik deed een poging om filmpjes te maken met mijn smartphone.

Met een brede glimlach op ons gezicht gingen we verder op verkenning.
In het park staan verschillende bouwwerken. Halverwege de tuin staat een mausoleum met een kleine zuilengalerij. Hier vind je de tombes van koning Friedrich Wilhelm III, keizer Wilhelm I en hun echtgenotes. Met een algemeen toegangsticket voor het paleis mag je ook hier een kijkje binnen nemen. Het gebouw is sober aan de buitenkant, maar toch behoorlijk indrukwekkend ingericht aan de binnenkant.

 Aan de noordoostzijde van de tuin, langs de rivier de Spree, staat ook nog het Belvedere. Een paviljoen dat deed dienst als vakantieonderkomen, theehuis en in tijden van oorlog ook als uitkijktoren. Dat zag er echter gesloten uit en dus liepen we maar weer verder want er was uiteindelijk nog een volledig kasteel te bezoeken 😉

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het slot vrijwel volledig vernietigd, maar intussen is het volledig opnieuw heropgebouwd. De inboedel ging echter ook verloren en wat je nu ziet, is dus niet meer origineel. Dat betekent echter niet dat het niet mooi is, wel integendeel. Je hebt niet veel verbeelding nodig om je even een prins(es) of koning(in) te wanen terwijl je door de gangen wandelt en van kamer naar kamer gaat. Prachtige houten vloeren, mooie wandbekleding, imposante luchters, indrukwekkende hoeveelheden zilverwerk, porselein en een kamer die volledig volgepropt is met Delfts blauw. In de grote zalen kon heel wat volk ontvangen worden voor een stevig feestje en kon je een blik op de (Franse) tuin werpen.

Als afsluiter gingen wij nog even naar de taverne in de orangerie. Een eenvoudige taverne met deels zelfbediening en een ietwat bohemien inrichting, misschien niet meteen wat je zou verwachten bij een paleis, maar wel verrassend gezellig (allen jammer dat we de zon moesten missen). We gingen elk voor een koffie of thee en een ander stukje gebak, en ze waren alle drie erg lekker 🙂

 

Berlijn – de muur

Denk je aan Berlijn, dan denk je aan de Berlijnse Muur. In 1961 bouwde de DDR een gigantische betonnen muur om West-Berlijn heen, zodat de inwoners van Oost-Berlijn en bij uitbreiding de rest van de Duitse Democratische Republiek niet meer zo eenvoudig via West-Berlijn naar het (kapitalistische) westen konden vluchten. De muur trok niet enkel een fysieke scheiding door de stad, maar verscheurde ook hele families en buurten. Het zou 28 jaar duren eer de Berlijnse Muur, in 1989, ten val kwam en de stad opnieuw één geheel kon worden.

Nog steeds zijn de herinneringen aan deze periode prominent aanwezig in de stad, met restanten van de muur die deels behouden werden en verschillende gedenkplaatsen, infopunten en musea die werden opgericht. Wij kozen voor de zichtbare restanten uit het verleden en lieten onze wandelingen deels gelijk lopen met de locatie van de legendarische muur.

In de wijk Mitte loopt de Bernauer Strasse, een plek waar heel wat Duitsers nog probeerden de grens over te steken. De ramen van de huizen in Oost-Berlijn stonden immers op de grens, al duurde het niet lang voor de autoriteiten alle gebouwen lieten blokkeren. Bij het overgebleven stuk muur in de Bernauer Strasse staat een gedenksteen voor deze mensen en je kunt ook meer over de muur te weten komen in het gratis museum.

Aan de andere kant van de Bernauer Straße staat het Documentatiecentrum Berliner Mauer met een uitkijktoren. Vanaf een platform op de vijfde verdieping kan je een stuk van het grensgebied en een oude wachttoren te zien. Wat moet dit toch een vreselijk tijd geweest zijn, zo’n verdeelde stad met een strook niemandsland en een muur als scheiding tussen 2 werelden.

Op de Potsdamer Platz, waar ooit de muur dwars over het plein werd gebouwd, zijn nog kleine stukjes Berlijnse Muur te bezichtigen en er hangen foto’s van hoe de plek er uit zag toen de muur het plein, de stad en het land verdeelde. Deze restanten van de muur hangen helaas intussen vol kauwgum en vormen verder bijna continu de achtergrond voor selfies, niet meteen de beste plek om een stukje geschiedenis te ‘proeven’.

Of voorzien van meer actuele referenties, dat ook.

Een beetje verder, op de Leipziger Platz, staan nog enkele segmenten van gerestaureerde authentieke muurschilderingen. Genuine Vintage Street Art als het ware 😉

 

De East Side Gallery (in de Mühlenstrasse, langs de Spree) is de naam van het bekendste en langste stuk muur dat nog staat. Met zijn 1.316 meter is het ook de langste kunstgalerie in de buitenlucht. Het is er bovendien ook heel aangenaam wandelen, zeker langs de Spree, tussen de Oberbaumbrücke en het Ostbahnhof.

Na de neergang van de Berlijnse Muur in 1989 werd dit stuk muur aan de oostkant door 118 kunstenaars uit 21 landen beschilderd. Voordien was de oostkant van de muur altijd onbeschilderd gebleven, in tegenstelling tot de westkant. Op pakweg een half uurtje kan je de langs de muur in beide richtingen wandelen, beetje afhankelijk van hoeveel foto’s je wil nemen van de kunstwerken en de omgeving 😉

De East Side Gallery is intussen echt een gedenkplaats. Door uitlaatgassen, de invloed van het weer en ouderdom vertoonden beroemde afbeeldingen zoals de kus tussen de Oost-Duitse leider Honecker en zijn Russische tegenhanger Brezjnev, of de Trabant die uit de muur lijkt te komen, steeds meer barsten en afbladderende verf. Bovendien rotte de muur aan de binnenkant en brokkelde af aan de buitenkant om nog maar te zwijgen van de impact van mensen die stukken uit de muur hakten als souvenir en ongewenste graffiti achterlieten boven de kunstwerken.


In 2008 kreeg de East Side Gallery een opknapbeurt. In totaal werden meer dan 800 muurstukken en een 100-tal kunstwerken gered. De meeste kunstenaars die in 1990 hun werk op de muur zetten, werden betrokken bij de restauratie die ruim een jaar duurde.

 Kortom, nog heel wat te zien van die Berlijnse muur en nog veel meer over te lezen, verspreid doorheen de stad.

Potzdamer Platz

De Potsdamer Platz is één van de meest bekende en drukste pleinen van Berlijn. Het heeft vandaag een indrukwekkende architectuur, maar draagt ook een even indrukwekkende geschiedenis met zich mee. Voor de Tweede Wereldoorlog was het al een belangrijk zakencentrum in Berlijn. Waar het nog vrij goed uit de Eerste Wereldoorlog kwam, bleef er na de tweede maar weinig meer over en vanaf 1961 liep de Berlijnse muur gewoon dwars over het voormalige plein. Na de val van de muur werd de plek een gigantische bouwput waar menig modern torengebouw het levenslicht zag, waardoor het er nu echt wel als een stukje wereldstad uitziet.

Potsdamer Platz heeft opnieuw de uitstraling van een belangrijk plein met een groot station, hoge kantoorgebouwen en een uitgebreid winkelcentrum. Er staat nog een klein stukje van de Berlijnse muur, maar dat verdwijnt eigenlijk een beetje in de omgeving en valt vooral op omdat er heel wat selfies worden genomen (en de betonnen panelen ook vol kauwgom hangen). Voor een blik op de Berlijnse muur zijn er trouwens betere plekken te vinden (maar dat is voor een andere blogpost).

Eén van de redenen waarom we naar de Potsdamer Platz kwamen, was het Panoramapunkt. Je kan moeilijk naast het gebouw kijken, als bakstenen torenflat springt het zo tussen de andere moderne torens van (spiegelend) glas uit. Je koopt je ticket beneden of vooraf online en wordt met de snelste lift van Europa in amper 20 seconden naar 100 meter hoogte gevoerd.

Daar krijg je via een rondgang, een eerder smal terras rondom het gebouw, een 360° zicht op de stad.

Via een trapje kan je nog een verdiepje hoger van het uitzicht genieten, al is dat niet direct een plek voor wie last heeft van hoogtevrees (het andere niveau is wel haalbaar, al bleef Maya toch eerder van het uitzicht genieten met haar rug aan de kant van de muur en ging ze niet tegen de hoge balustrade staan).


Verschillende infoborden aan die muur vertellen de bezoeker intussen ook het verhaal van de site (kijk dus zeker naar het uitzicht, maar ook eens naar de muur zou ik zeggen). Liefhebbers die graag nog even langer genieten van het uitzicht kunnen er trouwens terecht in het Panoramacafé

Ook wie van winkelen houdt, is in deze buurt op de juiste plek. De Potsdamer Arkaden is een groot winkelcentrum met heel wat internationale en Duitse ketens en uiteraard ook verschillende plekjes om iets te eten of te drinken. Na ons uitgebreid ontbijt en met de koele temperatuur hadden wij niet meteen zin in een ijsje, maar bij Caffè e gelato zagen ze er wel machtig goed uit 😉 In de publieke ruimte ook heel wat extra’s om de bezoekers te entertainen tijdens de zomermaanden. ’s Avonds en bij mooi weer zal het hier uitermate gezellig (en druk) zijn.

We sprongen wel even binnen in de lokale boekenwinkel waar onze ogen blonken bij het zien van zoveel mooie uitgaven (ook heel veel Engelstalige boeken trouwens), maar we ons wijselijk inhielden omdat we anders nog de rest van de dag met de buit moesten rondlopen. Maya maakte wel een aantal foto’s van boeken die ze op haar wishlist ging zetten, altijd handig wanneer je later cadeautips moet geven 😉

Vlakbij ligt ook het befaamde Sony Center, zeker de moeite waard om even een kijkje te nemen (al waren er bij ons bezoek werken bezig waardoor het binnenplein deels ontoegankelijk was). Het gebouw werd, zoals de naam het al suggereert natuurlijk, gesponsord door Sony, dat in de jaren ’90 van vorige eeuw één van die investeerders in de gigantische bouwput was. Vooral het dak is bijzonder en kan je mooi van bovenaf bekijken vanuit het Panoramapunkt. Het waaiervormig tentdak van zeildoek is aan een staalring verankerd en die ring is dan weer vastgemaakt aan de omringende gebouwen. Het ontwerp verwijst naar de heilige berg Fuji in Japan. Kom je ’s avonds in deze buurt, dan zal je het dak verlicht zin in afwisselend groen, blauw of paars licht. 

In het centrum vind je kantoren, een grote Imax 3D bioscoop, een filmmusem, uiteraard ook heel wat horeca en een vestiging van Legoland. Wij bewonderden even de grote Lego- en Duplobeelden aan de ingang, maar kochten geen ticket. We zouden Berlijn wel live bezoeken en niet in mini Legolandversie 🙂

Kort voor ons vertrek, las ik nog een foodtip die ik wel eens wou uitproberen, nl. Manifesto Market. Je vindt er een mooi aanbod aan diverse soorten streetfood zoals burgers, taco’s, maar even goed Afrikaanse gerechten en seafood. We besloten hier een hapje te eten en werden meteen vergast op een extra attractie. Eerst dachten we nog even dat het te maken had met het EK Voetbal, maar daarvoor droeg een deel van het aanwezige publiek een outfit die daar niet meteen bij paste. Bleek dat het net Berlin Fashion Week was en dat we een modeshow konden meemaken (mogelijk een afstudeerproject van de mode-academie). We hadden er dus live entertainment bij tijdens onze maaltijd en zowel de modellen als het voor het event opgekomen publiek waren zeer de moeite waard om naar te kijken 🙂

Ook de straten in de omgeving zijn best de moeite om even door te wandelen en dus deden we nog een extra lusje.

Kortom, heel wat te zien en te beleven in deze buurt, ideaal ook voor minder mooie dagen.

 

Berlijn – Reichstag en omgeving

Deze zomer tappen we uit een ander vaatje. Geen midzomervakantie in la douce France, o.a. omdat het daar dit jaar door de Olympische Spelen wellicht extra druk zal zijn, maar ook omdat we nog niet wisten hoe onze student uit de examens zou komen in haar eerste jaar aan UGent. En dus kozen we voor een vakantie in de eerste week van juli, meteen na de examens, en trokken we noordoostwaarts, voor een weekje naar Berlijn.

Er werd heel wat opzoekwerk gedaan (lang leve reisgidsen uit de bibliotheek, zo heb je meteen verschillende invalshoeken en kaarten) in combinatie met info op het wereldwijde web. We zetten verschillende opties op het lijstje van mogelijkheden en legden slechts één bezoek vooraf vast, namelijk dat aan de Duitse Reichstag. Een bezoek is gratis, maar vooraf registreren is verplicht om veiligheidsredenen. Je kan je slechts een dikke maand vooraf aanmelden, dus dat moet je wel even in de gaten houden. Je kies bij voorkeur een aantal tijdslots en enkele dagen later krijg je bevestiging van het aan jou toegewezen tijdsblok waarin je je moet aanmelden (incl. de vraag om daar toch een kwartiertje op voorhand te zijn, er moet immers nog een veiligheidsscreening ter plekke gebeuren: checken van de identiteitsgegevens en je persoonlijk, vooraf doorgestuurd aanmeldbewijs + door een veiligheidssluis gaan, net zoals in de luchthaven).

Vanuit ons hotel namen wij de metro richting Hauptbahnhof. Vanaf daar was het nog heel even wandelen (er is een andere metrolijn met een halte nog dichterbij, maar dat vonden wij niet de moeite waard om nog te moeten overstappen, even wandelen is immers ideaal om de omgeving te ontdekken).

Dat Duitsland gastland is (was) van het EK voetbal, daar konden we moeilijk naast kijken. Op het stationsplein heel wat infostandjes en een beetje verder stond elk deelnemend land ook weergegeven als een beer met de kleuren van de respectievelijke nationale vlag (voor alle zekerheid ook nog de vermelding van het land op de beer want aangezien sommige landen dezelfde kleurencombinaties in hun vlaggen hebben, was er wel wat creativiteit nodig om elke beer een uniek look te geven). In de buurt bleek ook een volledig voetbaldorp aangelegd (zagen we achteraf vanuit de hoogte), waar ook gesport werd.

Deze wijk kent trouwens heel wat nieuwe en moderne gebouwen. Altijd fijn om dus wandelend naar je bestemming verder te lopen en intussen je ogen volop de kost te geven. Wij hebben in Gent ‘de diamant’ bij het station, zij hebben daar hun ‘kubus’, best een indrukwekkend kantoorgebouw.

Een deel van het grote plein voor het Rijksdaggebouw was een bouwwerf en we moesten even letterlijk een blokje omlopen om bij de toegang aan te komen. Wellicht mede omwille van het EK voetbal waren een extra straten autovrij gemaakt, net zo handig om in alle rust rond te wandelen. Gelukkig waren we ruim op tijd vertrokken en hoefden we ons niet te haasten (er was zelfs tijd om nog foto’s te maken).

De toegangscontrole verliep zonder problemen (gelukkig nog even gecheckt bij iemand van het personeel of we in de juiste rij stonden, de lange rij was voor gegidste rondleidingen, aangezien wij enkel een bezoek aan de koepel deden, mochten we meteen door een andere deur naar de controle). Vervolgens werden onder begeleiding, in een groep van een 20-tal personen, naar binnen gebracht waar de volgende deur pas open ging wanneer de eerste gesloten was en er een andere begeleider ons meenam in de lift naar boven (de controle is dus wel erg strikt, maar vriendelijk). Eens boven, kan je vrij rondlopen in de koepel en op het buitenterras.

Tijdens De Tweede Wereldoorlog werd het Rijkdaggebouw zwaar beschadigd.  Na de Duitse hereniging keerde het parlement in 1999 uit Bonn terug naar de gemoderniseerde Reichstag.
De imposante glazen koepel staat symbool voor het nieuwe Duitsland en biedt een mooi uitzicht over de stad. 360 kleine spiegels in de koepel moet het binnenkomende licht weerspiegelen en versterken.

De Reichstagkoepel in cijfers, dat is: 38m diameter, 23.5m hoog (of 47 m hoog wanneer je rekent vanaf de grond), 1200 ton zwaar en het kostte zo’n 600 DM. Dagelijks kunnen 8.000 mensen de site bezoeken en sinds de opening van de koepel in 1999 deden dat al ruim 40 miljoen mensen! Ook heel wat klassen, zowel lagere scholen als middelbare studenten hebben een bezoek aan deze plek op hun planning staan (neen, de schoolvakantie was duidelijk nog niet begonnen in Duitsland).

In de koepel krijg je ook nog extra info mee over de geschiedenis van het gebouw, inclusief fotomateriaal. Best interessant om een snel overzicht te krijgen van deze belangrijke periode, met niet al te veel tekst en sprekende beelden.

Vanaf de Reichstag kan je in alle richtingen over heel Berlijn kijken. Leuk is dat je buiten foto’s kunt maken (zonder glas en in ons geval ook regendruppels) en dus alles toch net iets beter en scherper in beeld kan brengen, al had een extra streepje zon op onze foto’s best gemogen ;-).

Van de Reichstag wandelden we naar de Brandenburger Tor, nog zo’n monument dat een enorme geschiedenis met zich meedraagt. Het is naast één van de belangrijkste bezienswaardigheden van de stad de enige oude stadspoort in Berlijn die nog overeind staat en ze kwam na de Tweede Wereldoorlog in de Russische sector te liggen. In 1961 werd er vlak achter de Brandenburger Tor begonnen met de bouw van de Berlijnse Muur. Omdat het tijdens de Koude Oorlog niet mogelijk was de Brandenburger Tor te passeren ging de oude stadspoort symbool staan voor de Duitse eenwording. Nu lag echter ook daar het accent duidelijk op het EK voetbal en maakte menig (voetbal)toerist selfies in aangepast thema. Mijn voorkeur ging toch uit naar een foto zonder die sportcontext 😉

 

Van daar wandelden we meteen even verder naar nog zo’n bijzondere plek. Het plein met het Holocaustmonument. Het monument is in 2005 geopend als herinnering aan de Joodse bevolking die in de Tweede Wereldoorlog werd vermoord. Het monument bestaat uit meer dan 2.700 betonnen blokken waar je doorheen kunt lopen op een golvende ondergrond en een oppervlakte van 19.000m². Tegelijk speels en verwarrend.
Het Gedenkteken voor de Vermoorde Joden van Europa is ontworpen door de Amerikaan Peter Eisenmann. Als je langs en door de blokken loopt, zou je het gevoel moeten krijgen wat de joden hadden in de concentratiekampen: de smalle paatjes, eindeloze gangen, en hoge blokken laten je gedesoriënteerd voelen. Alsof je geen uitweg vindt.

In het informatiecentrum wordt de geschiedenis van het joodse volk verteld aan iedereen die meer wil weten, wij hielden gewoon even halt bij het monument en lazen een stukje duiding in de reisgids.

Voor de terugweg naar het hotel namen we de route langs de Spree. Helaas geen weer voor een terrasje, maar toch heerlijk wandelen daar.