Monthly Archives: October 2018

Hete bliksem

Wat doe je wanneer je een verse portie homemade appelmoes krijgt, geen plaats hebt in de diepvries en geen zin om gewoon worst met appelmoes te serveren? Dan maak je hete bliksem!

Ik leerde het recept al enkele jaren geleden kennen via mijn zusje en het blijkt ook in het appelreceptenboek te staan dat ik vorig jaar cadeau kreeg 😊

Ingrediënten (3-4 personen)

1 kg appels
eventueel suiker
500 g aardappelen
melk
nootmuskaat
2 uien
boter
500g gemengd gehakt
versgemalen peper en (zee)zout

Werkwijze

Schil de appels, verwijder het klokhuis en snij ze in stukken. Doe de stukken met een beetje water in een kookpot, dek af en laat de appels tot moes stoven. Voeg eventueel wat suiker toe.
Verwarm de oven voor op 190°C.
Schil de aardappelen, kook ze gaar, giet ze af, stamp ze fijn en roer de puree zacht met een scheut melk. Kruid met nootmuskaat, peper en zout. (Voor mij moet daar ook nog een mooie klont boter bij 😋)
Pel de uien en snipper ze fijn. Laat wat boter smelten en fruit de ui glazig. Voeg het gehakt toe en bak het mooi los op. Kruid met peper en zout.
Neem een ovenschaal, schep de appelmoes er in, verdeel het gehakt erover en dek af met de puree. Zet nog 30 minuten in de oven.

Opscheppen en smullen maar. Wel opletten want de inhoud is gloeiend warm (vandaar hete bliksem veronderstel ik want niet spicy 😆).

Smakelijk!

PS voor dagen met te weinig tijd kan je deze schotel ook vooraf maken of werken met vooraf bereide appelmoes en instantpuree 😉

Ik plukte het recept uit Het grote appelboek van Els Debremaeker.

 

Choco-banaan taartjes

Soms (veel te weinig eigenlijk) probeer ik nog eens een nieuw receptje uit, altijd met dezelfde randvoorwaarden: niet te moeilijk, niet te omslachtig en niet al te veel (speciale) ingrediënten.  Deze keer ging ik voor Choco-banaantaartjes.

Ingrediënten

80g pure chocolade
80g boter
3 eieren
50g suiker
1 pakje vanillesuiker
50g bloem
1 à 2 el cacaopoeder
1 kl bakpoeder
1/2 kl kaneel
1 el amandelpoeder
1 banaan
optioneel, voor decoratie
1 banaan
2 el cacaopoeder
1 à 2 el citroensap

ovenschaal van 12 x 12 cm

Werkwijze

Verwarm de oven voor op 200°C (boven- en onderwarmte)
Smelt de boter en de chocolade samen (au bain marie of Рwat ik altijd doe Рin de microgolf). Klop intussen de eieren met de suiker en de vanillesuiker (ik deed een beetje vanille-extract bij de suiker, werkt even goed) op tot een lichte, romige cr̬me. Roer de afgekoelde chocoladeboter erdoor.
Meng de bloem met het bakpoeder, de cacao en de kaneel en zeef boven het beslag (of gebruik ‘vloeiende bloem’ en dan wordt het zeven overbodig). Voeg het amandelpoeder toe en roer door het beslag.

Schil een banaan, halveer in de lengte en snij in stukken. Roer de stukken voorzichtig door het beslag (leg ze er gewoon in, komt weinig roeren bij kijken)
Bekleed een kleine, vierkante ovenschaal met bakpapier. Giet het beslag erin (dat ziet er dus echt weinig uit), strijk glad en bak 25 à 30 min in de oven (check met een mespunt of priem of het gebak gaar is).

Neem het gebak uit de oven en laat afkoelen. Til met behulp van het bakpapier voorzichtig uit de ovenschaal.

Snij in blokjes, bestrooi met cacaopoeder en schijfjes banaan (besprenkeld met citroensap tegen het verkleuren).

Het verdict

Gemakkelijk en snel klaar, niet slecht van smaak, handig om mee te nemen in de lunchbox (zonder garnering dan uiteraard) maar niet direct een exemplaar dat ik op een feestje zou presenteren. Maar zeker goed genoeg om nog eens te maken 🙂

Ik haalde dit receptje uit 80 x lekker budgetkoken II van Libelle.

Entrecastaux en Saint-Maximin-la-Sainte-Baume

We bezochten deze plekjes op twee verschillende dagen maar ik bespreek ze samen in één blogpost omdat er niet zo heel veel over te vertellen valt.

Ons bezoek aan Entrecastaux was vooral bedoeld om een bezoekje te brengen aan het kasteel (tiens) en aan de tuin die aangelegd was door Le Notre (tuin- en landschapsarchitect die vooral beroemd is voor de aanleg van de tuinen van Versailles). Entrecastaux is een mooi, klein dorpje waar het kasteel echter slechts nog op uitzonderlijke momenten te bezoeken valt. Ook de aangelegde tuin was eerder beperkt te noemen, zowel qua vorm als qua omvang.

We hielden het dan maar op een wandeling door het dorp dat op zich wel charmant te noemen is.

Ook de lokale markt was niet zo druk en toch wel authentiek. Toen ik één van de marktkramers een compliment gaf dat ze wel goed Nederlands sprak, bleek het om een Vlaamse te gaan die met een Fransman gehuwd was en op de markten kruiden, olie en specerijen verkocht (ooit hadden ze zelfs nog op de kerstmarkt in Gent gestaan)! Ik kon dan ook niet anders dan daar een potje kruiden te kopen en ik denk nu nog steeds aan die fijne zomervakantie wanneer ik het potje uit de kast haal 😉

 

In Saint-Maximin-la-Sainte-Baume (met zo’n naam ben je wel even bezig wanneer je je woonplaats moet noteren) bevindt zich een grote gotische basiliek gewijd aan Maria Magdalena. Die was ons al opgevallen toen we op de snelweg voorbijreden en dus besloten we dit stadje ook met een bezoek te vereren.

De heilige Maria Magdalena zou in de buurt van Saint-Maximin in een grot verbleven hebben (baume is Provençaals voor grot), waar zich haar graf bevindt. Andermaal verkenden we de stad al wandelen nadat we eerst eens langs liepen bij het lokale office du tourisme. Die toeristische dienst maakt trouwens deel uit van een kloostersite waarin ook een mooi hotel gevestigd is. De moeite om even een kijkje te nemen 😉

 

Beide locaties zijn leuk om halt te houden wanneer je in de buurt bent, er hangt een ongedwongen sfeer en je kan er zeker terecht om iets te eten of te drinken. Ideaal dus voor een uitstapje tijdens een vakantie waar niets moet en alles kan 🙂

Toulon en Hyères

Onze dag begon met een rit richting Toulon(-sur-Mer), hoofdstad van de Var, o.a. bekend omwille van zijn militaire haven.
Het was even zoeken naar een parking en wellicht kwamen we langs een minder mooie kant de stad binnen maar de toon was jammer genoeg gezet: de stad kon ons niet echt bekoren. Veel verouderde gebouwen, een mottige dijk, een eerder triestig sfeertje, … zelfs de zon kon ons moeilijk op andere gedachten brengen. We deden nochtans ons best om de stad nog een kans te geven en wandelden door heel wat straten, zagen er typische boekenstalletjes, ook wel enkele mooie pleinen en winkels, … maar het mocht niet baten. Ook al doen mijn foto’s misschien het tegendeel vermoeden, er kwam bij ons geen ‘klik’ meer met deze stad.

Vervolgens trokken we richting Hyères en daar zat het meteen goed. Misschien kwam het door de palmbomen en boulevards die ons deden aan de reis van vorig jaar, maar al van bij het bezoek aan de toeristische dienst (gevestigd in een beschermd monument) hadden we wel een ‘klik’ met deze stad. Mooier, ‘properder’ ook, mogelijks ook wel duurder om te wonen en te leven, … We gingen op verkenning in de stad, zetten een stevige klim in naar het hoogste deel van de (oude) stad, deden een terrasje en genoten van de ontspannen sfeer en het mooie weer.

 

 

Belangrijkste reden van ons bezoek was Villa Noailles, een modernistische villa gebouwd voor 2 mecenassen die na hun overlijden hun woonst aan de Franse staat schonken met de wens om het pand blijvend te gebruiken voor kunst en cultuur. De villa is vrij te bezoeken (en sommigen gaan er zelfs gewoon naar de tuin om er te vertoeven zo bleek).
Er zijn regelmatig wisselende tentoonstellingen over kunst, architectuur, fotografie, design,… maar ook het gebouw zelf is de moeite van het bekijken waard en dan had ik het nog niet over het uitzicht 😉

Toulon mocht dan wat tegengevallen zijn, Hyères heeft het ruimschoots gecompenseerd. Tevreden keerden wij terug naar het hotel waar we nog konden nagenieten met een boekje bij het zwembad en zelfs van zwemmen in de regen want er passeerde even een klein buitje maar iedereen bleef gewoon onder de parasol zitten en wij genoten van de regendruppels in het zwembad 🙂

 

Brignoles – Aups – Tourtour – Salernes

Na ons geslaagd verblijf in Lyon trokken we verder zuidwaarts en werd Brignoles onze uitvalsbasis voor vijf dagen. We logeerden er in het Mercure Golfhotel, enkele kilometers buiten het centrum. Onze GPS herkende wel de straat maar niet het nummer van het hotel, gelukkig stonden zowel het golfterrein als het hotel netjes aangeduid met een groot bord. Voor de rest in de lange straat vooral veel wijndomeinen 😉

De ligging van ons hotel was beslist rustig en groen te noemen en het uitzicht best aangenaam (maar wellicht iets minder voor gasten die op zoek zijn naar wat ambiance). We genoten er van het zwembad, het geluid van de krekels, de koele kamer en het smakelijke ontbijt. Een fijne plek om tot rust te komen en dat deden we dan ook (ik had zelfs de tijd om meer dan één boek uit te lezen deze vakantie!).

We trokken er elke dag op uit maar nooit erg ver. Uiteraard gingen we op verkenning in Brignoles zelf maar de plek kon ons slechts matig bekoren (niet slecht maar wel al vaak mooier en beter gezien). Gelukkig konden we er wel terecht voor een lekkere en niet zo dure maaltijd. Het jazzconcert dat we er een avond dachten mee te pikken, lieten we uiteindelijk toch maar voor wat het was (ongeveer twee uur na het stemmen van de piano verschenen er immers nog geen muzikanten op het podium terwijl er toch al heel wat toeschouwers op de stoeltjes zaten te wachten).

Aups is een mooi plaatsje in het departement Var, niet ver van de Gorges du Verdon. De omgeving staan ook bekend om de truffels die uit dit gebied afkomstig zijn. In het gebouw van de toeristische dienst zit er ook een klein truffelmuseum waar je een rondleiding met degustatie kan boeken. De lokale markt is er erg uitgebreid en op de marktdag is het er dan ook heel druk (waardoor het geen sinecure is om er een parkeerplek te vinden want de meeste parkings zijn amper die naam waardig en iedereen parkeert zich zoals hij/zij gedacht heeft en dat zorgt wel eens voor wat chaos en opstoppingen) maar wel een aanrader voor wie houdt van lokale producten en zuiders sferen.

Tourtour is echt fantastisch. Het dorp ligt ruim zeshonderd meter hoog, waardoor het een prachtig uitzicht heeft op de ruime omgeving. Maar niet alleen het uitzicht is betoverend er zijn  schilderachtige en gezellige straatjes, sfeervolle pleintjes … Elk hoekje is wel een foto waard 🙂
Het dorp heeft ook een oliemolen die dateert uit de zeventiende eeuw en nog steeds gebruikt wordt. In tegenstelling tot veel andere kleine dorpjes is dit niet enkel een toeristenplek, hier wordt duidelijk nog gewoond en geleefd. Reden te meer om Tourtour zeker met een bezoekje te vereren. Parkeren doe je best aan de rand van het dorp, de toegang voor wagens is immers beperkt maar de kleine extra wandeling gaat door het uitzicht zeker niet vervelen 🙂

In Salernes viel dan weer eerder weinig te beleven. Volgens onze reisgids behoort het dorp tot de mooiste van de Var maar ons kon het toch niet zo hard bekoren. Het dorp is een beetje oud en vervallen, in slaap gesukkeld als een oud menske op een schommelstoel zo leek het wel (al kwam dat misschien ook een beetje omdat de zon plaats had moeten ruimen voor een meer grijze lucht). We lieten het echter niet aan ons hart komen, maakten er een wandeling en keerden terug naar het hotel, toch best tevreden met wat de dag ons had gebracht.

 

 

Â