Het moderne stukje Lyon – la Confluence kon ons zeer bekoren, vol verwachting trokken we er dan ook op uit om de rest van de stad te verkennen. We volgden het pad langs de kaaimuur om richting stadscentrum en oude stad te wandelen. Een groot stuk van de kaaimuren waar wij wandelden werd en wordt heraangelegd met veel ruimte, rust- en ontspanningspunten waardoor je gezellig kan rondkijken (en foto’s maken) zonder last te hebben van het verkeer.
Administratief is Lyon opgedeeld in negen arrondissementen. De stad wordt overheerst door twee heuvels, Fourvière (de oude stad of Vieux-Lyon) en La Croix-Rousse (het eerste en het vierde arrondissement van de stad, die deel uitmaken van Presqu’île), van elkaar gescheiden zijn door een engte van de Saône. In de 19de eeuw werden ze ook wel “de biddende heuvel” en de “werkende heuvel” genoemd. Op de Fourvière staat de basiliek, de heuvel van Croix-Rousse telt veel werkmanshuisjes waar zijde werd bewerkt.
In Vieux-Lyon en Croix-Rousse vindt je talrijke ’traboules’, smalle gangetjes, die twee evenwijdig gelegen straten met elkaar verbinden. Die gangen lopen via de binnenplaatsen van woonblokken en zijn meestal privaat maar hier en daar kan je wel stukjes zien en op bepaalde momenten kan je ook gegidste wandelingen volgen langs deze traboules.
De Romeinen vestigden Lugdunum op de top van de heuvel. Forum Vetus, wat oud Romeins forum betekent, veranderde later in Fourvière. Het antiek theater, waarvan het eerste deel werd gebouwd rond het jaar 15 v.Chr. onder keizer Augustus, kreeg in de 2e eeuw onder keizer Hadrianus een derde serie treden aangelegd bovenaan het bouwwerk. Hierdoor kreeg het een diameter van 108 meter en een capaciteit van 10.000 plaatsen. De restauratie van het theater begon in 1933.
In de 2e eeuw werd het Odeion gebouwd, een gebouw dat voor zang- en muziekvoorstel-lingen en -wedstrijden en voor voordrachten werd gebruikt. Gewoonlijk was het cirkel-vormig en verschilde het van theaters door een overdekking. Het odeion is met een diameter van 73 meter kleiner dan het antieke theater en had in die tijd een capaciteit van 3000 plaatsen. De combinatie van beide vormen is uniek voor Gallië.
Wij genoten van het (gratis) bezoek aan deze mooie Romeinse site waar in de zomer heel wat evenementen doorgaan. Wie nog meer te weten wil komen over deze periode kan terecht in het Gallo-Romeins museum van Fourvière dat in de heuvel vergraven ligt.
Met het warme weer konden we zeker ook de verfrissende watervernevelaar en het drinkwaterfonteintje waarderen op de site 🙂
In 1872 begon men met de bouw van de basiliek Notre-Dame de Fourvière die 12 jaar in beslag zou nemen. Daarna zou het nog tot 1964 (!) duren voordat het interieur van de basiliek compleet zou zijn. De basiliek is tegenwoordig een internationaal bedevaartsoord en ligt op een route naar Santiago de Compostella. Zelden een religieus gebouw gezien met zoveel decoratie, we wisten amper waar eerst gekeken. Persoonlijk vond ik de vloer wel erg knap.
Op top bevindt zich ook de de Metalen toren van Fourvière die veel weg heeft van de Eiffeltoren (maar met een hoogte van 85,9 meter en een gewicht van 210 ton ‘iets’ kleiner dan de Eiffeltoren die 300m hoog is en 7300 ton weegt). De toren is in opdracht van een particulier gebouwd tussen 1892 en 1894 en werd door het gemeentebestuur ondersteund, om een republikeins tegenwicht te bieden naast de basiliek.
Ten tijde van de Wereldtentoonstelling van Lyon in 1914 was er in de toren een restaurant en een hydraulische lift die tweeëntwintig personen tegelijk naar de top kon brengen. Tegenwoordig doet de toren dienst als zendmast voor radio- en televisiezenders en is niet langer tot in de top te bezoeken.
Boven op de heuvel heb je een schitterend uitzicht over de stad. Wanneer het helder weer is, kan je zelfs de Mont Blanc zien.
Wij deden de beklimming via één van de oudste steile paden, dat van de Gourguillon. Het is voetgangersgebied (met heel wat ‘kinderkopkes’) maar bewoners mogen er met hun auto rijden en er parkeren (al vroegen wij ons vaak af hoe sommigen daarin slaagden!).
De afdaling deden we langs de Jardins du Rosaire en het stadspark Parc des Hauteurs, een stukje wandeling in het groen. Wie tegen deze wandeling opziet, kan echter ook gebruik maken van de kabelspoorweg, de Funiculaire de Lyon. Deze kabelspoorweg zou de eerste ter wereld zijn en is in gebruik sinds 1862.
Wij vonden dit een hele mooie, bij momenten ietwat intense, wandeling (al bleef Maya wel weg van de balustrade die uitzicht bood over de stad wegens opspelende hoogtevrees). Opnieuw een stukje Lyon dat ons uitermate kon bekoren. Ook een interessante stad om foto’s te maken want altijd weer iets mooi of boeiend of leuk te ontdekken 🙂