Voor onze zomervakantie van 2023 namen we Narbonne als uitvalsbasis voor een verdere verkenning van de omgeving wegens de centrale ligging. Op die manier konden we onze dagelijkse autoverplaatsingen toch vrij beperkt houden. Uiteraard brachten we ook een bezoek aan Narbonne zelf.
De stad staat bekend als de eerste nederzetting die de Romeinen buiten Italië hebben gesticht in 118 BC als Colonia Narbo Martius. Ze lag dan ook op een heel strategische locatie. Twee van de meest belangrijke wegen uit het Romeinse Rijk, de via Domitia en de via Aquitania liepen vlak langs de stad. De via Domitia liep via Italië naar Spanje, waar de via Aquitania de stad met de stad Bordeaux aan de Atlantische Oceaan verbond. Door haar gunstige ligging duurde het dan ook niet lang voordat de plaats was uitgegroeid tot een kleine stad.
Over het Romeinse verleden van Narbonne kom je heel wat te weten in Narbo Via, een heel knap museum waarover ik in een vorige post meer vertelde.
In 1982 kreeg Narbonne van Rome trouwens een kopie van het beroemde beeld van Romulus en Remus onder de wolf als geschenk voor de verjaardag van de stichting van de stad.
Het Canal de la Robine is een van de belangrijkste en mooiste bezienswaardigheden in de stad. Het kanaal is een zijtak van het beroemde Canal du Midi en werd aangelegd in de 17de eeuw om Narbonne te verbinden met de Middellandse Zee. In de middeleeuwen was de rivier de Aude veranderd van loop waardoor de handel plat viel. De aanleg van het kanaal liet op zich wachten, maar zorgde wel voor een heropleving.
Het is heerlijk wandelen langs het kanaal met gezellige, zonovergoten kades met oude panden.
Heel bijzonder is bovendien de Pont des Marchands, een goed bewaarde historische brug die teruggaat naar de Romeinse tijd. Deze brug is een van de weinige overblijvende exemplaren in Frankrijk waar huizen bovenop staan die nog steeds bewoond zijn. Vroeger bestond de brug uit zes bogen, waarvan er nog slechts eentje zichtbaar is.
Via het kanaal werden vroeger ook de verse producten voor de markthallen aangevoerd. Die markthallen zijn trouwens zeker ook een bezoekje waard. Het gebouw dateert van begin vorige eeuw en wordt gezien als een van de mooiste markthallen van Frankrijk. Je vindt er tientallen standjes van (lokale) handelaars die verse groenten, fruit en allerlei andere streekproducten verkopen. En wie een hongerke krijgt, kan er ook aanschuiven om iets te eten. De markthallen zijn open van 7 u tot 14u en meer info lees je op hun website.
Een andere opvallende verschijning in de stad is de Cathédrale Saint-Juste-et-Saint-Pasteur, een Gotische kathedraal uit de 13de eeuw die nooit volledig werd afgewerkt, o.a. door gebrek aan geld en een Romeinse muur die in de weg stond. We vonder er zowaar ook een stukje Nederlandstalige poëzie.
Om in dezelfde sfeer te blijven, ook het paleis van de aartsbisschop is een gebouw waar je niet gauw naast kijkt. De grote vierkante middeleeuwse toren is verbonden met het gemeentehuis in neogotische stijl en ligt aan het stadhuisplein. In het paleis zitten nu 2 musea.
Op het stadhuisplein zelf liggen nog enkele overblijfselen van de oude Romeinse weg die door de stad liep, de Via Domitia, de eerste oude Romeinse heirbaan die Italië met Spanje verbond en in Frankrijk van Briançon naar Perpignan liep. Via een gat in het stratendek, kan je op de oorspronkelijke stenen uit de Romeinse tijd lopen.
Narbonne is niet zo’n grote stad en doordat het centrum vrij compact is, kan je de bezienswaardigheden makkelijk in één dag bezichtigen. Er blijft zeker nog tijd genoeg over om ook eens enkele winkeltjes binnen te lopen (wij kochten er zowaar al enkele eindejaarsgeschenkjes) of een terrasje te doen 😉
En dan is er nog Narbonne-Plage ofte Gruissan, op slechts een halfuurtje rijden van de stad. Ideaal om snel even naar het strand te gaan op een warme dag of gewoon om ’s avonds nog even te wandelen langs de jachthaven, te genieten van de zonsondergang en lekker te eten in een van de restaurantjes.