Tag archieven: Mechelen

Speelgoedmuseum Mechelen

Als kind bezocht ik ooit het speelgoedmuseum in Mechelen, vermoedelijk als schoolreis in de lagere school, heel goed kan ik het me eigenlijk niet meer herinneren. Omdat het dus al een eeuwigheid geleden was, een ’trip down memory lane’ meestal wel eens leuk is én de huisgenoten het museum nog niet bezochten, leek het me ideaal om een bezoekje in te plannen tijdens onze citytrip naar Mechelen 🙂

Het Speelgoedmuseum Mechelen heeft een unieke collectie oud en hedendaags speelgoed op een oppervlak van ruim 7000 m².  Het museum bestaat sinds april 1982, sinds 1998 is het een erkend museum. Het pand ligt in de wijk Nekkerspoel, wij wandelden erheen vanuit het centrum en genoten ondertussen nog een beetje van de omgeving, de huizen, het water, de groene pleintjes, …

Ik was helemaal vergeten hoe het museum er uit zag en uitermate gecharmeerd door de buitenkant van het gebouw. De ingang was ietwat donker en er waren amper mensen te bespeuren, maar dat zorgde er dan weer voor dat we in alle rust en comfort konden genieten van ons bezoek.

Het is misschien niet het meest hippe en flitsende museum, maar de speelgoedcollectie is dermate uitgebreid dat jong en oud er de ene leuke herinnering na de andere heeft en er over de generaties heen verhalen kunnen worden verteld van stukken waarmee je zelf speelde als kind. Het begint eigenlijk al bij de ingang waar in een aantal vitrines de meest representatieve of iconische speelgoedstukken verzameld liggen per decade, te beginnen vanaf de fifties. Het is best verrassend om vast te stellen hoe oud sommige stukken al zijn, zowel voor ons als voor Maya 😉

Heel frappant dat de jaren ’80 duidelijk niet enkel in de mode aan een heuse revival bezig zijn, spelletjes als Vier op en rij, Twister of Rubiks’ Cube doen het nog steeds erg goed en ook de rolschaatsen van toen zijn weer volop te koop, zij het dan in iets hippere kleuren misschien 😉

De uitgebreide collectie is verdeeld in verschillende afdelingen. We startten bij de poppen en de poppenhuizen. Sommige poppenhuizen herinnerden me aan het behoorlijk grote houten poppenhuis dat mijn vader ooit voor ons maakte en dat we dan inrichtten met plastieken meubeltjes die je toen overal kon kopen en met zelfgemaakte gordijntjes voor aan de ramen, dekentjes voor op de bedjes en allerlei kleine attribuutjes in zoutdeeg.

 

Bij Circus en kermis vinden we heel wat knappe maquettes van draaimolens en andere kermistoestellen waarvan er trouwens heel wat ook effectief blijken te bewegen.

Ook heel wat poppenkasten en bijbehorende poppen trouwens, sommige hebben ook nog in onze eigen speelgoedkoffer gelegen 😉

Vandaag vind je ze vaak onder de noemer Smart games, maar ook vroeger was er al heel wat leerzaam en creatief speelgoed op de markt (thuis schooltje spelen was zeker geen probleem).

In het museum vind je ook een mooie afdeling ‘constructiespeelgoed‘: bouwen door de decennia heen, in diverse materialen met echt knappe realisaties in de vitrines. Je zou voorwaar zin krijgen om zelf nog eens iets te bouwen.
Als kind vond ik een meccano trouwens veel leuker speelgoed dan een pop en van de sint kreeg ik ooit een houten set zoals op de vierde foto hieronder (een babypop heb ik me ooit eens gevraagd ‘omdat iedereen zo’n pop had’ maar eigenlijk heb ik daar nooit echt mee gespeeld, ik zette ze gewoon op de kast).

Interessant trouwens hoe door de jaren heen de collecties van Lego en Playmobil – vaak subtiel – evolueerden, zowel qua vorm als inhoud. Wist je dat één van de oprichters van het museum zowat elke Playmobiluitgave gekocht heeft en er zelfs een apart budget voor werd vrijgemaakt/verzameld om dit te kunnen blijven doen?

Uiteraard is er ook een afdeling knuffeldieren, waarbij uiteraard bij de beren het verhaal van de Teddybeer, beertje Paddington, Steiff beren en Winnie the Pooh niet mogen ontbreken naast de vele andere bekende en minder bekende knuffels. Wie kent er trouwens nog de Troetelbeertjes?

Ook leuke dingen te zien in de afdeling Mechanisch en blikken speelgoed waar je o.a. ook hele reeksen autootjes kan bekijken (deze vitrines werden trouwens net ‘iets’ uitgebreider bekeken door de wederhelft).

Uiteraard ook optisch en geluidgevend speelgoed, van kleine spulletjes tot heuse ruimtetoestanden, maar even goed ook de obligate puzzels en gezelschapsspellen die menig kind en volwassene  uren vol plezier hebben geschonken.

Treinen zijn sinds jaar en dag speelgoed van klein én groot, een afdeling rond dit thema kon dus niet ontbreken. Bovendien reed de eerste trein in België, en op het Europese continent, op 5 mei 1835 tussen Brussel en Mechelen!

Via één van Breugels schilderijen stap je (letterlijk en figuurlijk) nog een stukje verder de geschiedenis is. Heel wat speeltuigen die hij op zijn kunstwerk zette, liggen daar verzameld. Daarnaast ook een aantal spellen (sjoelbak, vogelpik, …) die je nog decennia kon terugvinden in de vele volkscafés die Vlaanderen rijk was.

De bovenverdieping van het museum is voor wisselende tentoonstellingen.

Nog tot eind augustus 2021 ontdek je er het verhaal van de Mechelse televisiemaker Mil Lenssens die mee aan de wieg stond van kinderprogramma’s als Klein, klein kleutertje, Carolientje en Kapitein Snorrebaard, Tik Tak, Prikballon, Draaimolen, …

Je kan er de originele figuur Kraakje uit Klein, klein kleutertje en het bootje uit Carolientje en kapitein Snorrebaard zien. Mechelaar Mil Lenssens is niet alleen de regisseur maar ook de bedenker van het unieke programma voor peuters! Tik Tak wordt voor het eerst uitgezonden op 1 november 1981. Gedurende tien jaar werden er 366 afleveringen gemaakt, voor elke dag één unieke Tik Tak met zelfs een extra aflevering voor de schrikkeljaren 😉

Spelen is een universeel gegeven, alle kinderen over de hele wereld doen het en veel spelletjes lijken op elkaar ook al is de context soms heel verschillend.

Een bezoek aan het Speelgoedmuseum is reizen in het verleden maar even goed ervaringen uitwisselen over het heden. Het motto op de muur is in elk geval eentje om eens over na te denken 😉

 

Zelf zin om een bezoekje te brengen? Meer info lees je op hun website.

 

Mechelen groen en blauw

Mechelen werkte de voorbije jaren duidelijk aan de leefbaarheid van de stad door extra aandacht (en centen) te spenderen aan meer groen en ook meer blauw (en dan bedoel ik water, niet de mannen in politie-uniform).

De Dijle, Zenne en het Kanaal Leuven-Dijle tekenen mee het landschap van Mechelen, net zoals de vele vlietjes die door het stadscentrum stromen. Ooit was de Dijle de belangrijkste plaats van Mechelen, waar het bruiste van de economische activiteiten. De Dijle werd echter een vuile rivier en het goederenvervoer over water verdween geleidelijk uit de binnenstad. Een tiental jaren geleden herwon de Dijle opnieuw zijn aantrekkingskracht: het water is in belangrijke mate gezuiverd en wonen aan de Dijle zit opnieuw in de lift. Er werden nieuwe woningen aan de waterkant gebouwd en bestaande panden, zowel grote pakhuizen als kleine woningen, werden gerenoveerd.

De eerste stap om water opnieuw meer zichtbaar te maken in de stad, was het openleggen van de Nieuwe Melaan. Deze waterloop werd in 1913 gedempt en in 2007 opnieuw ingehuldigd als open vliet, gevuld met Dijlewater en regenwater. De kademuur werd opnieuw zichtbaar gemaakt en je kan verpozen op de verlaagde kaderand. De Nieuwe Melaan slingert rond het Conservatorium en de Kunstacademie, die een extra uitstraling kregen door de combinatie van oud en nieuw.

Om de relatie met het water nog te versterken, werd het Dijlepad aangelegd. Dit wandelpad op of naast de Dijle vertrekt in de binnenstad aan de Kruidtuin en eindigt aan het Keerdok en het Rode Kruisplein. De ideale manier om op een rustige manier te genieten van de Dijle.

Kruidtuin

De Kruidtuin aan de Dijle is het grootste openbare park in de historische binnenstad. De Kruidtuin evolueerde van een middeleeuwse tuin naar een Franse formele tuin en tot slot naar een park in Engelse landschapsstijl. De naam Kruidtuin verwijst trouwens nog naar de oorspronkelijke Kruidentuin van Dodoens (wiens standbeeld je er ook kan zien).
Het park werd met inspraak van de omwonenden heraangelegd met aandacht voor de relatie met het water. In deze Kruidtuin waren er enkele prachtige, maar verkommerde gebouwen: het Molenhuis en het Spuihuis. Samen zijn ze het overblijfsel van het watermolencomplex van zeven molens uit de vijftiende eeuw, dat ooit een belangrijke rol speelde in de welvaart van Mechelen. Het Molenhuis werd grondig gerestaureerd en herbergt een ViaVia Reiscafé. Het Spuihuis wordt nu vernieuwd. In de toekomst wil Mechelen hier nog een aanlegsteiger aanleggen, zodat toeristische boten niet alleen aan de Lamotsite, maar ook aan het Molenhuis kunnen aanmeren.

In de binnenstad werden intussen al verschillende stukken vliet open gelegd. Ze zorgen blauwgroene voetgangersverbindingen, verbeteren de levenskwaliteit in de binnenstad, bieden verkoeling tijdens hitte en vormen bovendien een extra buffer voor regenwater waarop stadswoningen hun regenpijpen kunnen aansluiten zodat ze niet meer rechtstreeks in de riolering lozen. Een duidelijke opwaardering op diverse vlakken dus 😉

 

Ook de Omleidingsdijle kreeg de nodige aandacht. Bij de heraanleg van de Keldermansvest werd het wandelpad aan het water verbreed tot een echte promenade. Wij wandelden zo trouwens naar Speelgoedmuseum, veel aangenamer dan met de wagen tot daar te rijden en op zoek te moeten gaan naar een parkeerplekje 😉

Mechelen – streetart

In tegenstelling tot steden als Gent of Leuven lijkt Mechelen minder street art te hebben (ofwel hebben wij niet goed genoeg gekeken, dat kan uiteraard altijd bij een eerste bezoek). Toch spotte ik enkele mooie exemplaren die ik graag op foto wilde vastleggen.     

Wanneer je street art in een meer uitgebreide betekenis interpreteert, dan kom je al snel uit bij kunst in de publieke ruimte en dus ook bij standbeelden of andere vormen van kunst en creativiteit en ook daarvan kwamen we enkele mooie en creatieve voorbeelden tegen 😉

 

Bij het laatste beeld moesten wij een beetje aan Harry Potter denken trouwens 😉