Tag archieven: Romeins

Narbonne – NarboVia

Na een tussenstop in Clermont-Ferrand zetten wij onze reis verder naar het zuiden om van Narbonne onze uitvalsbasis te maken. Omdat ons hotel aan de andere kant van de stad lag en we toch nog niet konden inchecken, reden we meteen naar NarboVia, een modern en jong museum over de Romeinse geschiedenis van de stad.

Het museum opende in 2021 en is best bijzonder qua architectuur. Het werd ontworpen door Foster + Partners, die ook de Millennium Bridge en het stadhuis in Londen, het Shangri-La Hotel in New York, het Reichstag-paleis in Berlijn, het Carré d’Art in Nîmes en het viaduct van Millau in hun portfolio steken hebben.

Sommige andere bezoekers vroegen zich ongetwijfeld af wat wij in hemelsnaam aan het bekijken waren en waarvan ik foto’s nam (en tuurden even mee in de hoogte om vervolgens – wellicht inwendig het hoofd schuddend – toch gewoon het museum binnen te stappen). Ik kan echter enorm genieten van de architectuur van een gebouw en trok me dan ook niets aan van die ietwat verbaasde blikken 😉

Narbonne, of Narbo Martius zoals het toen heette, was de eerste Romeinse kolonie die in 118 voor Christus in Gallië werd gesticht en het was ook een van de rijkste Romeinse kolonies buiten Italië. Het museum heeft een collectie van meer dan 7000 stukken, inclusief muurschilderingen en een uitzonderlijke set van 760 fragmenten van grafmonumenten.

Narbo Via is ook een archeologisch onderzoekscentrum met een restauratieatelier (keramiek, mozaïeken, beschilderd gips, lapidaire fragmenten), een studieruimte en een groot auditorium waar conferenties en symposia worden gehouden.
Het middelpunt van het museum is een ‘Lapidary Wall’, die een natuurlijke barrière vormt in het hart van het museum en de openbare galerijen scheidt van de meer private restauratieruimtes. Een grote galerij doorkruist het gebouw en loopt langs een muur waar 760 blokken worden gepresenteerd in een dubbel metalen rek van 10 m hoog en 76 m lang. De blokken kunnen worden verplaatst naar een centrale plek in de wand omgeven door beeldschermen die de steen in kwestie als het ware kunstmatig in zijn oorspronkelijke situatie kunnen plaatsen.

Wat enorm opvalt, is de ruimte die alle stukken krijgen, letterlijk, het museum voelt erg licht en luchtig. Heel wat ruimtes ook waar de geschiedenis aan de hand van video’s in beeld wordt gebracht (in kamers met projecties op 3 muren wat toch een ander effect geeft dan louter projectie op één wand of film op een scherm).

En ook van wat interactie met moderne kunst(enaars) hebben ze duidelijk geen schrik. Het zorgde alvast voor boeiende opstellingen in het museum.

Het was ook erg leuk om samen met Maya een aantal van de Latijnse grafschriften (deels) te ontcijferen. Zo kwamen die lessen Latijn toch nog eens van pas 😉

De collecties van het Narbo Via museum kregen op 14 december 2020 de titel Musée de France. Een erkenning voor de conservatie en presentatie van de collecties en voor de ontwikkeling van de museumactiviteiten die zowel kennis, educatie en het plezier van de bezoekers voor ogen hebben.

Alle praktische info lees je op de website van het museum: https://narbovia.fr/ 

En wie nog meer Romeinse geschiedenis wil ontdekken, kan terecht op 2 andere bijzondere locaties. Het Horreum, in het hart van de moderne stad (en het enige zichtbare en bezoekbare Romeinse monument in het centrum), bestaat uit ondergrondse galerijen gebouwd in de 1e eeuw voor Christus en liggen 5 meter onder de huidige grond. Omdat we vorig jaar in Arles al iets gelijkaardig zagen, lieten we dit echter voor wat het was.
Een tiental kilometer ten noorden van de oude hoofdstad Narbo Martius ligt Amphoralis, in Sallèles-d’Aude, een voormalige werkplaats voor de productie van Gallische amforen.

 

 

Arles

Tijdens ons weekje in Zuid-Frankrijk verbleven we in La Grande Motte en maakten van daaruit telkens een (halve) daguitstap naar een interessante plek in de buurt. De rest van de dag vulden we aan met genieten van de zon en een boek aan de rand van het hotelzwembad en een plons in het water om wat af te koelen tussendoor, al verschillende jaren de perfecte manier om een vakantiedag te vullen voor ons (wij blij én Maya blij ;-))

Eén van die uitstappen ging naar Arles. De stad ligt aan de Rhône, op het punt waar de delta begint, bij de splitsing van de Grote Rhône en de Kleine Rhône en daarmee “aan de poort van de Camargue”. De Rhône is er groot en indrukwekkend, maar ook een beetje saai eigenlijk, weinig te beleven langs het water (of wij hebben het gemist, dat kan ook natuurlijk).
Arles was een belangrijke stad in het Romeinse tijd. Na de val van het Romeinse Rijk en tal van invallen door de Barbaren werd de stad enige eeuwen onbelangrijk. Van 933 tot 1033 was Arles de hoofdstad van het koninkrijk Bourgondië

De Romeinse en romaanse monumenten in Arles kwamen in 1981 op de werelderfgoed-lijst van UNESCO. In het centrum van de stad bevinden zich de meeste historische bezienswaardigheden, waaronder het amfitheater en het Romeinse theater. Al wandelend door de stad liepen we langs de meeste. We besloten hier geen bezoekje te brengen aan het amfitheater (dat gingen we later wel doen in Nîmes).
Van buitenaf konden we op verschillende plaatsen trouwens een blik werpen op de oude sites en dat vonden we voor deze keer best voldoende.

Wat we wel deden, was een bezoekje brengen aan de Cryptoportique/Cryptoporticus: de ondergrondse resten van het forum, gebouwd in de 1e eeuw BC. Toen het forum verdween, kwamen een Jezuïetenkapel en een stadhuis op deze plek, maar de ondergrondse structuur bleef (deels) bewaard. Drie dubbele, parallelle tunnels in U-vorm worden ondersteund door 50 pijlers. Metselwerk in de stenen verwijst naar Griekse vaklui, waarschijnlijk uit Marseille.

Vergelijkbare constructies in Narbonne en Reims werden gebruikt als graanschuren, maar de cryptoporticus in Arles was te vochtig voor langdurige opslag en werd wellicht eerder gebruikt als kazerne voor slaven. Op zich was er beneden weinig te zien, maar toch ergens indrukwekkend om vast te stellen hoe de mens er ruim 2000 geleden in slaagde om stevige bouwstructuren op te trekken, zonder over veel technische middelen te beschikken.

Arles is ook bekend als woonplaats van Vincent van Gogh. Veel plekken waar de schilder verbleef, bestaan niet meer, zoals zijn pension aan de Place Lamartine (Het gele huis) dat in de Tweede Wereldoorlog werd verwoest, maar het Caféterras bij nacht aan de Place du Forum is er nog steeds. Wij besloten iets te drinken op een rustiger plek, in de schaduw van de platanen en die ‘obligate’ foto van het Caféterras aan de andere toeristen te laten 😉
Van schilderkunst naar street art, ook daarvan vonden we niet zoveel terug in Arles, al was deze kleine Tom-Tom wel een leuke 🙂

  

Arles bleek kleiner dan we hadden verwacht, maar zo bleef er die dag net iets meer tijd over voor verfrissing en ontspanning aan het zwembad en gezien de hoge temperaturen vonden we dat niet zo erg 🙂

Lyon, het Gallo-Romeins museum

Rijkelijk laat om deze reeks te beginnen, maar beter laat dan nooit 😉
Onze zomerreis van 2022 naar Zuid-Frankrijk startte opnieuw met een tussenstop in Lyon, één van onze favoriete Franse steden waar we al meerdere keren logeerden. Lyon is zoveel meer dan de stad die veel reizigers van en naar het zuiden enkel kennen van de files tijdens de rode of zwarte reisdagen.

Deze keer waren het 2 architectuurtips die ons inspireerden om er nog eens halt te houden. Eentje in de stad zelf en eentje iets erbuiten (maar dat is voer voor een volgende post). In 2018 brachten we al een bezoek aan de Romeinse site in de wijk Forvière (gratis toegankelijk trouwens en uniek met twee theaters – een groot theater en een odeon – naast elkaar), maar nog niet aan het Gallo-Romeins museum zelf.

Het museum en de site kregen de naam Lugdunum, verwijzend naar de oude benaming van de stad Lyon, ooit hoofdstad van Gallië en een belangrijke en welvarende stad in de Romeinse tijd. Het museumgebouw werd ontworpen door de architect Bernard Zehrfuss en in gebruik genomen in 1975. Het idee zelf om hier een museum te bouwen, dateerde al van de jaren ’30, maar kreeg pas concreter vorm in de jaren ’60. Het meest opvallende aan het gebouw is eigenlijk dat het zo weinig opvalt in de omgeving, maar perfect geïntegreerd werd door het in te graven in de helling van de historische heuvel die trouwens erkend werd Unesco werelderfgoed. Tegelijk is het museum des te opvallender want volledig opgetrokken uit gewapend beton dat ter plekke werd gestort (geen prefab hier). Uiterst modern en toch uitermate sober, robuust en indrukwekkend en toch ook alle ruimte gevend aan de collectie zelf die heel wat mooie stukken bevat.

Op een infobord dicht bij de ingang van het museum staat het allemaal nog veel beter verwoord 😉

Heel knap zijn ook de twee grote ramen die je een zicht geven op de historische site buiten en tegelijk heel wat daglicht naar binnen trekken. Van buitenaf zijn de ‘kijkvensters’ mooi ingewerkt (of moet ik zeggen uitgewerkt?) in de heuvel en komen ze totaal niet storend over. De architect Zehrfuss wordt dan ook terecht vaandeldrager van de moderne architectuur genoemd.

Het museum bezit één van de rijkste archeologische collecties van Frankrijk en stelt ze tentoon voor de bezoeker op ruim 4.000 m² oppervlakte. Het gaat onder meer over een verzameling gegraveerde stenen, mozaïeken, beelden, sieraden en gebruiksvoorwerpen uit het begin van onze jaartelling waarbij alle aspecten van de toenmalige maatschappij en het leven in een metropool worden toegelicht.

Ook de kinderen worden niet vergeten in het museum. Op verschillende plaatsen staat er uitleg op kindermaat en kunnen de jonge bezoekers kennis maken met stukjes uit het leven in de (Gallo-)Romeinse tijd. Alles is bovendien erg mooi uitgewerkt, vaak in hout en met mooie grafische elementen (een project uitgevoerd samen met Maison Georges).

We genoten zeer van ons bezoek aan deze plek, zowel van de architectuur als van de collectie en de uitwerking voor de kinderen.

Voor een bezoek aan de site buiten was er helaas geen tijd meer omdat er die avond nog een muziekoptreden op het programma stond en de site daardoor vroeger dan anders werd gesloten (maar aangezien we dat een vorige keer al deden, vonden we dat niet zo heel erg).

Na ons bezoek gingen we inchecken in ons hotel voor één nachtje en maakten we nog een kleine wandeling in het moderne Lyon waar we nog een hapje aten voor we onder de lakens kropen.

Wil je graag nog meer lezen over onze eerdere bezoekjes aan Lyon en het vele moois dat er te ontdekken valt? Dat kan via onderstaande links

Over ons bezoek aan la musée des confluences en het museum voor schone kunsten (2019)

Over de moderne wijk Confluence, de oude wijken van Fourvière, de wijk Presqu’ïle en de streetart (2018)